VWO H29 Overige kostensoorten - Les 1

VWO H29 Overige kostensoorten - 
Les 1: afschrijving
Paragraaf 29.1 en 29.2
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

VWO H29 Overige kostensoorten - 
Les 1: afschrijving
Paragraaf 29.1 en 29.2

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen waarom ondernemingen afschrijven op duurzame productiemiddelen 
  2. Je kunt de hoogte van de afschrijving, het afschrijvingspercentage, de balanswaarde, de restwaarde en de oorspronkelijke aanschafprijs berekenen
  3. Je kunt afschrijvingen verwerken op de balans en in de winst-en-verliesrekening 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afschrijving
  • Duurzame productiemiddelen worden over de tijd en door gebruik minder waard. 
  • Afschrijving is het boekhoudkundig verwerken van deze waardevermindering op de balans en in de winst-en-verliesrekening
  • De kosten van de waardevermindering verdeel je met behulp van de afschrijving over de periode dat je de vaste activa verwacht te zullen gebruiken

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afschrijvingskosten
zijn afhankelijk van
  • Aanschafwaarde (A) = aanschafprijs + bijkomende kosten (exclusief btw) 
  • Restwaarde (R) minus eventuele sloopkosten
  • Economische levensduur (n)

Formule periodieke afschrijving =
nAR

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een ondernemer koopt een zaagmachine voor € 2.450,
de afleveringskosten zijn € 50. Hij gaat er vanuit dat
deze machine 5 jaar mee gaat en een restwaarde heeft
van € 500.
Bereken de totale afschrijving per jaar.
timer
1:30

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lineair afschrijven in grafiek

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Let op: BTW 
De ondernemer kan betaalde btw bij aankoop van vaste activa terug vragen. Reken aankoopbedragen waar nodig eerst terug naar de prijs exclusief btw.

Voorbeeld: aanschaf laptop € 899 incl. 21% btw 
Aanschafprijs is € 899/1,21 = € 742,98 


Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afschrijvingspercentage
Het afschrijvingspercentage is een percentage van de aanschafprijs wat periodiek wordt afgeschreven. 

Afschrijvingspercentage = afschrijving/ aanschafprijs x 100 %



    Slide 9 - Diapositive

    Cet élément n'a pas d'instructions

    De aanschafprijs inclusief bijkomende
    kosten van een auto is € 40.000
    De afschrijving per jaar bedraagt € 5.000.
    Bereken het afschrijvingspercentage
    timer
    1:00

    Slide 10 - Question ouverte

    Cet élément n'a pas d'instructions

    Afschrijvingspercentage
    Afschrijvingspercentage = afschrijving/ aanschafprijs x 100 %

    De aanschafprijs inclusief bijkomende
    kosten van een auto is € 40.000
    De afschrijving per jaar bedraagt € 5.000.
    Bereken het afschrijvingspercentage

      Afschrijvingspercentage = 5.000/40.000 x 100% = 12,5%

      Slide 11 - Diapositive

      Cet élément n'a pas d'instructions

      Balanswaarde berekenen
      Een ander woord voor balanswaarde is boekwaarde

      Wat is de waarde van een duurzaam productiemiddel na 3 jaar? 

      Balanswaarde = aanschafwaarde - 3 x periodieke afschrijving. 

        Slide 12 - Diapositive

        Cet élément n'a pas d'instructions

        De aanschafprijs inclusief bijkomende
        kosten van een kassa is € 1.500.
        De afschrijving per jaar bedraagt € 400.
        Bereken de boekwaarde na 2 jaar.
        timer
        1:30

        Slide 13 - Question ouverte

        De restwaarde na 2 jaar is € 2.500 - 2 x € 400 = € 1.700
        Op een machine wordt € 400 per jaar afgeschreven,
        de levensduur is 5 jaar en de verwachte restwaarde
        is € 1.000.
        Bereken de oorspronkelijke aanschafprijs
        timer
        1:30

        Slide 14 - Question ouverte

        Cet élément n'a pas d'instructions

        De boekwaarde van een machine is € 1.700. Jaarlijks
        wordt op de machine € 400 afgeschreven, de
        verwachte restwaarde is € 500.
        Wat is de resterende levensduur?
        timer
        1:30

        Slide 15 - Question ouverte

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Zelfstandig opgaven maken
        29.1 tot en met 29.8 
        timer
        20:00

        Slide 16 - Diapositive

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Wat heb je geleerd?

        Slide 17 - Diapositive

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Wat is de formule voor het berekenen van de afschrijvingskosten per jaar?
        A
        restwaarde : gebruiksduur
        B
        bedrijfsduur : aanschafwaarde
        C
        restwaarde : bedrijfsduur
        D
        (aanschafprijs - restwaarde) : gebruiksduur

        Slide 18 - Quiz

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Aanschafprijs Machine is €120.000, transportkosten €5000,-
        Na 6 jaar is de restwaarde van de onderdelen nog €20.000,- De sloopkosten van de machine zijn €2.000,-
        Hoe hoog is de jaarlijkse afschrijving?
        A
        €17.500
        B
        €16.667
        C
        €16.933
        D
        €17.833

        Slide 19 - Quiz

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Een ondernemer heeft een auto gekocht voor € 6.000,- de restwaarde bedraagt € 1.000,-. De technische levensduur bedraag 5 jaar en de economisch levensduur 4 jaar. De ondernemer schrijf af met een vast % van da aanschafprijs.
        Wat is juist?
        A
        De jaarlijkste afschrijving bedraagt € 1.250,- , het afschrijvingspercentage is 20,83%
        B
        De jaarlijkste afschrijving bedraagt € 1.000,- , het afschrijvingspercentage is 16,67%
        C
        De jaarlijkste afschrijving bedraagt € 1.000,- , het afschrijvingspercentage is 20,83%
        D
        De jaarlijkste afschrijving bedraagt € 1.250,- , het afschrijvingspercentage is 25%

        Slide 20 - Quiz

        Cet élément n'a pas d'instructions

        extra uitleg

        Slide 21 - Diapositive

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Checklist begrippen en formules
        • aanschafwaarde (A) = aanschafprijs + bijkomende kosten
        • afschrijvingspercentage = periodieke afschrijving / aanschafwaarde 
        • boekwaarde = balanswaarde, waarde op enig moment tijdens de levensduur
        • economische levensduur (n) = periode verwacht gebruik activa
        • periodieke afschrijving = (A - R) / n 
        • restwaarde (R) = waarde einde levensduur - eventuele sloopkosten 

        Slide 22 - Diapositive

        Cet élément n'a pas d'instructions

        0

        Slide 23 - Vidéo

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Karlijn koopt een bestelauto voor haar bedrijf voor € 12.900. Na 4 jaar wil ze hem inruilen, de restwaarde is dan € 3.150. Wat is de afschrijving per jaar?

        Slide 24 - Question ouverte

        Cet élément n'a pas d'instructions

        De aanschafwaarde van Brians nieuwe computer is € 1.200. Hij wil hem 4 jaar gebruiken. Na 4 jaar verwacht hij er nog € 400 voor te krijgen. Wat is de afschrijving per jaar?

        Slide 25 - Question ouverte

        Cet élément n'a pas d'instructions

        Karlijn koopt een bestelauto voor haar bedrijf voor € 12.900. Na 4 jaar wil ze hem inruilen, de restwaarde is dan € 3.150. Wat is de afschrijving per jaar?

        Slide 26 - Question ouverte

        Cet élément n'a pas d'instructions