3DVO Lesw. 12-03: 4.3 Lezen

Welkom bij Nederlands!
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 47 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nederlands!

Slide 1 - Diapositive

In deze les
  • Uitleg: 
    - informatieve teksten

  • Samen doen: opdracht 2, 3 (en 4)

  • Zelfstandig maken (= ook huiswerk):
    -
    opdracht 8 en 11 (blz. 84, 85 en 86)

  • Terugblik: wat is het verschil tussen teksten die informatie geven en teksten die instructie geven?


Doelen van deze les:
- Je kunt instructieve en informatieve teksten lezen.
- Je kunt onderscheid maken tussen informatieve en activerende teksten.



Slide 2 - Diapositive

Twee vormen van informatieve teksten
- de lezer informatie geven over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld een nieuwsbericht of achtergrondartikel;

- de lezer instructies geven: uitleggen hoe iets werkt of hoe hij iets moet doen, bijvoorbeeld een gebruiksaanwijzing.

Slide 3 - Diapositive

informatie geven
instructie geven

Slide 4 - Diapositive

instructie geven

Slide 5 - Diapositive

Maken
- Kader maakt: opdracht 1 t/m 15 en 17 t/m 20 (blz. 103 t/m 116)
- Basis maakt: opdracht 1 t/m 11 en 13 t/m 16 (blz. 80 t/m 89)

Slide 6 - Diapositive

Kader 
3.3 Lezen
Opdrachten 1 t/m 5, 7 t/m 14 en 16 t/m 21 op blz. 20 t/m 34
3.5 Woorden
opdracht 1 t/m 10 en 12 t/m 16 (blz. 46 t/m 55)
3.7 Grammatica
opdracht 2 t/m 6 op blz. 65 t/m 67
3.8 Spelling
opdracht 1, 2, 3, 5, 6, 7, 9 en 10 op bladzijde 68 t/m 73
4.3 Lezen
opdracht 1 t/m 15 en 17 t/m 20 (blz. 103 t/m 116)
TL
3.3 Lezen

opdrachten 1 t/m 5, 7 t/m 14 en 16 t/m 21 op blz. 24 t/m 36
3.5 Woorden
 opdracht 3 t/m 10 en opdracht 13 t/m 17 (blz. 50 t/m 60)
3.7 Grammatica
opdracht 1, 3, 4, 5, 6 en 9 op blz. 67 t/m 71
3.8 Spelling
opdracht 1, 3, 5, 6, 7 en 9 op bladzijde 73 t/m 79
4.3 Lezen
opdracht 1 t/m 3, 5 t/m 8, 14 t/m 17 en 22 t/m 26 (blz. 106 t/m 120)

Slide 7 - Diapositive

Kader 
3.3 Lezen
Opdrachten 1 t/m 5, 7 t/m 14 en 16 t/m 21 op blz. 20 t/m 34
3.5 Woorden
opdracht 1 t/m 10 en 12 t/m 16 (blz. 46 t/m 55)
3.7 Grammatica
opdracht 2 t/m 6 op blz. 65 t/m 67
3.8 Spelling
opdracht 1, 2, 3, 5, 6, 7, 9 en 10 op bladzijde 68 t/m 73
4.3 Lezen
opdracht 1 t/m 15 en 17 t/m 20 (blz. 103 t/m 116)
Basis
3.3 Lezen

opdracht 2 t/m 4, 7 t/m 10 en 12 t/m 15 op blz. 20 t/m 28.
3.5 Woorden
opdracht 1 t/m 10 en 16 en 17 op blz. 35 t/m 43
3.7 Grammatica
opdracht 2 t/m 5 op blz. 50 t/m 52
3.8 Spelling
opdracht 1, 2, 3 en 5 t/m 9 op blz. 53 t/m 56
4.3 Lezen
opdracht 1 t/m 11 en 13 t/m 16 op blz. 80 t/m 89.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Tekstverbanden

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Oorzaak-gevolg
Het tekstverband oorzaak-gevolg is vaak te herkennen aan signaalwoorden zoals:

doordat, hierdoor, met als gevolg

Slide 12 - Diapositive

doel-middel
Het tekstverband doel-middel is vaak te herkennen aan signaalwoorden zoals:

waarmee, door middel van,
om te

Slide 13 - Diapositive

conclusie of samenvatting
Het tekstverband conclusie of samenvatting is vaak te herkennen aan signaalwoorden zoals:

dus, dan ook, kortom

Slide 14 - Diapositive

conclusie of samenvatting
1. Mijn broertje was ziek en hij had in zijn bed gekotst. Kortom: de rest van ons gezin heeft nauwelijks geslapen.

2. Ik heb morgen een etentje, dus ik kan morgen niet komen.

Slide 15 - Diapositive

Twee vormen van informatieve teksten
Informatieve teksten zijn er in twee vormen:


• Teksten die de lezer informatie geven over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld een nieuwsbericht of achtergrondartikel;

• Teksten die de lezer instructies geven: uitleggen hoe iets werkt of hoe hij iets moet doen, bijvoorbeeld een gebruiksaanwijzing.

Slide 16 - Diapositive

instructie geven

Slide 17 - Diapositive

instructie geven

Slide 18 - Diapositive

Maak: 
- Kader maakt:
 
opdracht 1 t/m 15 en 17 t/m 20 (blz. 103 t/m 116)

- TL maakt:
 opdracht 1 t/m 3, 5 t/m 8, 14 t/m 17 en 22 t/m 26 (blz. 106 t/m 120)

Slide 19 - Diapositive

Opmaak van een tekst
Aan de opmaak zie je vaak snel wat voor tekst het is: een zakelijke brief, een advertentie, een column, enzovoort. Je kijkt onder andere naar:

afbeeldingen, zoals tekeningen, foto’s en grafieken. Die geven extra informatie of helpen om je te identificeren met de schrijver of de tekst;
opmaakelementen zoals kaders, tabellen, witruimte en het gebruik van vet of cursief in de tekst. Die geven structuur aan een tekst en laten vaak zien wat belangrijke dingen zijn.

Slide 20 - Diapositive

Overtuigende teksten
In een overtuigende tekst geeft de schrijver zijn mening.

Het doel is dat de lezer die mening overneemt.

Slide 21 - Diapositive

Overtuigende teksten
Voorbeelden:
  • ingezonden brief
  • column
  • recensie
  • blog (= een online persoonlijke (informatieve) tekst die regelmatig wordt geüpdatet).

Slide 22 - Diapositive

Opbouw overtuigende tekst
Inleiding:
de mening van de schrijver.  Dit wordt ook wel het standpunt genoemd.


Kern:
de argumenten. Dit zijn vaak feiten.


Slot: de conclusie.
Hier herhaalt de schrijver zijn standpunt of mening.

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Tekstsoorten
  • een advertentie
  • een gebruiksaanwijzing
  • een recept
  • een brief
  • een e-mail
  • een affiche
  • een appje
  • een gedicht
  • een recensie 
  • een  tekst in een schoolboek 
  • een krantenartikel
  • een verhaal

Slide 27 - Diapositive

Tekstdoelen uit leerjaar 1

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Wat is het tekstdoel?

Slide 30 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 31 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 32 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 33 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 34 - Diapositive

1.3 Lezen

Slide 35 - Diapositive

Wat is het doel van deze tekst?

Slide 36 - Diapositive

Wat is het doel van deze tekst?

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Tekstsoorten
  • een advertentie
  • een gebruiksaanwijzing
  • een recept
  • een brief
  • een e-mail
  • een affiche
  • een appje
  • een gedicht
  • een recensie 
  • een  tekst in een schoolboek 
  • een krantenartikel
  • een verhaal

Slide 39 - Diapositive

Tekstdoelen

Slide 40 - Diapositive

Tekstdoelen uit leerjaar 1

Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Vidéo

Wat is het tekstdoel?

Slide 43 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 44 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 45 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 46 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?

Slide 47 - Diapositive