Les Farida 9-4-2020

Thuisles groep 4 Farida
1 / 53
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 4

Cette leçon contient 53 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Thuisles groep 4 Farida

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De vorige les:
- Dictee
- Lezen
- woordenschat: albino, bezienswaardigheid
- jager-woorden

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:
- Samen een boek lezen
- Spelling: jager-woorden
- Tegengestelde woorden
- Lezen over de wolf in Nederland

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jager-woorden
Lange klanken hebben pech, ik haal gewoon een letter weg!

Als je aan het eind van een lettergreep een lange klank hoort:
aa, ee, oo of uu, dan gebruik ik daar maar één letter voor.
water
dromen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit is Sabine haar k....

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit zijn twee b.....

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lisa en Tom wonen naast elkaar, ze zijn b....

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het einde van een woord

Als je aan het eind van een woord een lange klank hoort: 
aa, oo of uu, dan gebruik ik daar maar één letter voor.

Behalve de ee, die doet niet mee.
In plaats van één letter, schrijf je er toch twee.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Romy speelt

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik zwem graag in de

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Op je tandenborstel doe je

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
twee
B
vloo
C
nuu
D
vlaa

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Raad het woord!
In dit seizoen is het warm en kun je veel ijsjes eten.

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het valt uit de lucht en je wordt er nat van.

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het is een knaagdier met lange tanden en twee lange oren.

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit doe je met je mond als je moe bent.

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Woordenschat
tegenovergestelde woorden

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 18 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


DINGEN ZIJN TEGENOVERGESTELD ALS ZE VERSCHILLEN, ZOVEEL ALS HET MAAR KAN. 

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

ZUS
A
DOCHTER
B
BROER
C
ZO
D
MEISJE

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

LANGZAAM
A
ZACHTJES
B
RUSTIG
C
SNEL
D
HARD

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

DROOG
A
REGEN
B
NAT
C
HOOG
D
PARAPLU

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

GEMEEN
A
FLAUW
B
STOM
C
AARDIG
D
LIEF

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

BREED
A
DIK
B
DUN
C
SMAL
D
FIJN

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

LEEG
A
WEINIG
B
VEEL
C
HOOG
D
VOL

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

ERBIJ
A
AF
B
ERAF
C
MINDER
D
PLUS

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

STRAK
A
DICHT
B
VAST
C
RUIM
D
DUN

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

GEVEN
A
DELEN
B
KIEZEN
C
VINDEN
D
KRIJGEN

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

STOPPEN
A
DOORGAAN
B
WETEN
C
ROOD
D
HAND

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

VOORDEEL
A
TEGEN
B
ACHTER
C
ZIJKANT
D
NADEEL

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

DONKER
A
ZWART
B
GAT
C
LICHT
D
DUISTER

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

ALTIJD
A
NOOIT
B
VAAK
C
SOMS
D
ALLEEN

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

AAIEN
A
STRELEN
B
VOELEN
C
SLAAN
D
KNUFFEL

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

BIJZONDER
A
GEK
B
GRAPPIG
C
NORMAAL
D
APART

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

BREKEN
A
MAKEN
B
KOPEN
C
RUILEN
D
HEBBEN

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

SCHEUREN
A
PRIKKEN
B
KNUTSELEN
C
PLAKKEN
D
KNIPPEN

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Lezen: de wolf in Nederland

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit ga je leren!

Na deze les weet ik hoe het ervoor staat met de wolf in Nederland.

Slide 38 - Diapositive

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
5

Slide 39 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

00:37
Wanneer werd er voor het eerst weer een wolf in Nederland gezien?
A
in 2005
B
in 2015
C
nooit
D
in 2014

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

01:00
Welpen blijven altijd bij hun ouders wonen
A
waar
B
niet waar

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

01:22
Noem twee dingen waaraan je een wolf kunt herkennen

Slide 42 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

01:49
Wat betekent territorium?
A
Het gebied waarin de wolf leeft
B
De kooi waarin de wolf zit opgesloten

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

02:11
Is de wolf gevaarlijk voor de mens? En voor honden?

Slide 44 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lees de tekst Wolven aan de wandel hieronder.
Klik op de tekst om in te zoomen!
de Veluwe
Een natuurgebied in Nederland.
de wolvenroedel
Een groep wolven die samenleeft.
territorium
Gebied waar de wolven de baas zijn.
DNA
Deeltjes in het lichaam die dingen over het dier vertellen.

Slide 45 - Diapositive

Instructie
Lees de tekst met uw leerlingen

Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Wanneer dook de wolf op 
drie nieuwe plekken op de Veluwe op?
A
januari
B
februari
C
maart
D
april

Slide 46 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Op welke drie nieuwe plekken werden wolven 
gespot? Sleep de juiste plekken naar Scoop.
Noord-Veluwe
noordoosten vlakbij Emst
Midden-Veluwe
Zuid-Veluwe
noorden vlakbij Heerde

Slide 47 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Is de uitspraak WAAR of NIET WAAR?
Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Ze weten zeker dat de wolven op deze drie nieuwe plekken wonen. 

Slide 48 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Is de uitspraak WAAR of NIET WAAR?
Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Ze weten nog niet zeker of de wolven die gezien zijn nieuwe wolven zijn of dat het de wolven zijn die eerder al ergens anders hebben gezien.

Slide 49 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Nieuwe plekken voor wolven. 
Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
Waarom zoeken wolven nieuwe plekken? In de tekst worden twee dingen genoemd.
het antwoord
Wolven zoeken nieuwe plekken om voedsel te zoeken of omdat ze een nieuw leefgebied zoeken.

Slide 50 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe werd de wolf bij het dode hert gevonden?
Zet de acties hieronder in de juiste volgorde. 
Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
1
2
3
4
Er is een camera geplaatst.
De wolf at van het hert waardoor er DNA 
verzameld is.
Er werd een dood hert gevonden.
De wolf kwam naar het dode hert.

Slide 51 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions


Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis!
In mei weet Lamain om welke wolf het gaat: een oude bekende of een nieuwe. Wat hoopt ze?
A
een oude bekende wolf
B
een nieuwe wolf

Slide 52 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

.
In het laatste stukje lees je dat de wolven welkom zijn.
Maak een uitnodiging voor de wolf. Denk aan de uitnodiging
van een verjaardagsfeestje, maar dan voor de wolf op de 
Veluwe. Gebruik tekst en teken mooie plaatjes. Maak een foto van de uitnodiging 
en stuur deze op.  
Heb jij de tekst goed begrepen? Test je kennis

Slide 53 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions