1.2 les 6 - meten met de m -dm - cm
lengtematen
1 / 28
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
lengtematen
Slide 1 - Carte mentale
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Lien
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Waar is dm een afkorting van?
Slide 8 - Question ouverte
Hoeveel dm gaat er in 1 m?
H
T
E
M
DM
CM
H
T
E
M
DM
CM
H
T
E
M
DM
CM
M
DM
CM
1
A
1 dm
B
10 dm
C
100 dm
D
1000 dm
Slide 9 - Quiz
Hoeveel cm gaat er in 1 m?
H
T
E
M
DM
CM
H
T
E
M
DM
CM
H
T
E
M
DM
CM
M
DM
CM
1
A
1 cm
B
10 cm
C
100 cm
D
1000 cm
Slide 10 - Quiz
Hoeveel cm gaat er in 1 dm?
H
T
E
M
DM
CM
H
T
E
M
DM
CM
H
T
E
M
DM
CM
M
DM
CM
1
A
1 cm
B
10 cm
C
100 cm
D
1000 cm
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Question ouverte
De pot is 10 cm hoog.
Dat is hetzelfde als ...?
A
1 meter (m)
B
1 decimeter (dm)
C
1 centimeter (cm)
Slide 15 - Quiz
De kast is 9 dm hoog.
Dat is hetzelfde als ...?
A
90 meter (m)
B
10 decimeter (dm)
C
90 centimeter (cm)
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Question ouverte
Het hek is 90 cm hoog.
Dat is hetzelfde als ...?
A
9 meter (m)
B
9 decimeter (dm)
C
9 centimeter (cm)
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Diapositive
Hoeveel centimeter zitten er in een meter?
A
10 centimeter
B
100 centimeter
C
1000 centimeter
D
10000 centimeter
Slide 20 - Quiz
Hoeveel decimeter zitten er in een meter?
A
10
B
100
C
1000
D
10000
Slide 21 - Quiz
Hoeveel centimeter zitten er in een decimeter?
A
10
B
100
C
1000
D
10000
Slide 22 - Quiz
Hoeveel decimeter zitten er in 60 centimeter?
A
600
B
6
C
60
D
10000
Slide 23 - Quiz
In 1 meter zitten 10 decimeters.
5 meter is .... dm?
5 meter is .... dm?
A
5
B
500
C
50
D
