Examentraining 1

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Examentraining: 
  • 09.00-16.45

Le programme:
  • Tips & tricks
  • Woordenboekgebruik
  • Signaalwoorden, toonwoorden
  • Zelf aan de slag
  • Nabespreken



Slide 2 - Diapositive

Centraal Examen Frans:


Dinsdag 28 mei 2024 13:30-16:00 (1e tijdvak)
Dinsdag 18 juni 2024 13:30-16:00 (2e tijdvak)

Cijfer = 50% van je Eindcijfer


Slide 3 - Diapositive

Wat wil het CITO?
  • Grote lijn van het verhaal kunnen volgen
  • Signaalwoorden herkennen en tekstverbanden analyseren
  • Mening van "experts" begrijpen
  • Positieve/negatieve woorden van elkaar onderscheiden
  • Voorbeelden herkennen
  • Foute antwoorden herkennen

Als dit allemaal redelijk lukt: 5,5 à 6 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Leesstrategieën

1. Oriënterend lezen: titel, afbeeldingen -> onderwerp en soort tekst
2. Globaal lezen: inleiding, slot, tussenkopjes, eerste en laatste zin alinea's -> wie/waarover, wat, waar, wanneer, waarom, hoe
3. Intensief lezen: gehele tekst (je hoeft niet alle woorden te kennen om de tekst te begrijpen)

Slide 6 - Diapositive

Leesstrategie W W W W W H
Over Wie/Waarover gaat het?
Wat gebeurt er?
Waar gebeurt het?
Wanneer gebeurt het?
Waarom gebeurt het?
Hoe gebeurt het?

Slide 7 - Diapositive

(1)

Slide 8 - Diapositive

Le dictionnaire

Slide 9 - Diapositive

Pak je woordenboek FN: Waar vind je in het woordenboek de vertaling van: "ils savouraient"?

Slide 10 - Question ouverte

Waar vind je in het woordenboek de vertaling van: "les gourmandises"?

Slide 11 - Question ouverte

Waar vind je in het woordenboek de vertaling van: "divine"?

Slide 12 - Question ouverte

(2)

Slide 13 - Diapositive

Important!!! Signaalwoorden!!!

Slide 14 - Diapositive

[D’abord] les études, [ensuite] les jeux.

A
Aan boord, tot slot
B
Eerst, daarna
C
Daarna, vervolgens
D
Eerst, ten tweede

Slide 15 - Quiz

Wat is de functie van het signaalwoord 'ensuite'?

A
uitbreiding / opsomming
B
gevolg
C
conclusie
D
doel

Slide 16 - Quiz

Il ne s'était pas entraîné du tout pour le marathon. [Malgré cela], il a obtenu un très bon résultat.
A
Bovendien
B
Desondanks
C
Behalve dat
D
Vandaar dat

Slide 17 - Quiz

Wat is de functie van het signaalwoord 'malgré'?

A
uitbreiding / opsomming
B
voorwaarde
C
conclusie
D
tegenstelling

Slide 18 - Quiz

Ma soeur fume [alors qu']elle sait que c'est mauvais pour sa santé.

A
dus
B
maar
C
ondanks
D
terwijl

Slide 19 - Quiz

Wat is de functie van ‘alors que’?
A
Het geeft een voorbeeld aan
B
Het geeft een tegenstelling aan
C
Het geeft een uitbreiding aan.
D
Het geeft een verandering in tijd aan

Slide 20 - Quiz

Traduis les connecteurs
ook
ten eerste
inderdaad
ongetwijfeld
zelfs
dus
également
d'abord
en effet
sans aucun doute
même
donc

Slide 21 - Question de remorquage

De quel ton l'auteur parle-t-il?


L'auteur nous fait preuve de quel sentiment?

Quelle est l'attitude de l'auteur?
Op welke toon spreekt de schrijver?

Welk gevoel laat de schrijver hier blijken?

Wat is de houding van de schrijver?

Slide 22 - Diapositive

Als antwoord op een "toon-vraag": welk antwoord is niet negatief?
A
Deçu
B
Rassurant
C
Mépris
D
Fâché

Slide 23 - Quiz

Welke toon is niet positief?
A
Admirateur
B
Convaincu
C
Fier
D
Chagrin

Slide 24 - Quiz

Welke toon is niet negatief?
A
Méfiance
B
Honte
C
Regret
D
Espoir

Slide 25 - Quiz

Welke toon is niet positief?
A
Persévérance
B
Inquiet
C
Juste
D
Approbateur

Slide 26 - Quiz

(3)

Slide 27 - Diapositive

(4)

Slide 28 - Diapositive

Hoe sta ik op dit moment tegenover
het eindexamen Frans?
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage

Et maintenant: au travail!
Vous allez faire individuellement une partie de l'examen 2022-I
sans téléphone portable
avec un dictionnaire F-N

Slide 30 - Diapositive

timer
1:00:00

Slide 31 - Diapositive

Examenteksten bespreken
Na afloop:
  • Welke woorden heb je opgezocht?
  • Waren deze ook echt nuttig om de vraag te kunnen beantwoorden?
  • Welke tekst vond je het lastigst en waarom?
  • Hoeveel punten heb je gescoord?

Slide 32 - Diapositive

Hoe ga je je verder voorbereiden op het examen Frans?

Slide 33 - Question ouverte

  • Oefen nog minstens twee hele examens voor Frans (Examenblad, Examenkracht, Examenbundel) met een woordenboek FN. Hou de tijd goed in de gaten. Kijk het gemaakte examen zorgvuldig na en analyseer je fouten. 
  • Vergroot je woordenschat: Leg een persoonlijke woordenlijst aan. Herhaal de woordenlijst met examenvocabulaire --> Teams / Quizlet.  
  • Blijf actief tijdens je examen, markeer/onderstreep woorden. 
  • Las halverwege een mini-pauze in 
  • Vul altijd overal een antwoord in!

Slide 34 - Diapositive

Bonne chance! 

Slide 35 - Diapositive