3.5 Woorden

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Oneindig aantal woorden in de Nederlandse taal maken: samenstelling en afleiding



Slide 2 - Diapositive

Hoe leer je het best nieuwe woorden?

Slide 3 - Carte mentale

Bedenk een woord
met een Grieks of Latijns woorddeel.

Slide 4 - Carte mentale

Woordvorming
In het Nederlands kun je oneindig nieuwe woorden vormen door bestaande woorden een beetje te veranderen. 

  • Een samenstelling maak je door twee of meer hele woorden samen te voegen tot een nieuw woord. Soms is een tussenklank nodig ( 's' of 'n')
  • Een afleiding maak je door een voor- of achtervoegsel aan een bijvoeglijk naamwoord of zelfstandig naamwoord toe te voegen. 

Slide 5 - Diapositive


In een samenstelling zijn losse woorden aan elkaar geplakt.
(Het woord samenstelling is een samenstelling ;) !)

Lucht+ballon
Snel+weg
Lantaren+paal 
Vang+rails

Slide 6 - Diapositive


Een afleiding is een woord waar een achtervoegsel of voorvoegsel wordt "vastgeplakt".
parelmoerachtig
onnatuurlijk
vijlen
bekappen

Slide 7 - Diapositive

Samenstelling of afleiding?

keukenapparatuur
A
Samenstelling
B
Afleiding

Slide 8 - Quiz

Samenstelling of afleiding?

onzelfstandig
A
Samenstelling
B
Afleiding

Slide 9 - Quiz

Samenstelling of afleiding?

beitelen
A
Samenstelling
B
Afleiding

Slide 10 - Quiz

Samenstelling of afleiding?

blauwachtig
A
Samenstelling
B
Afleiding

Slide 11 - Quiz

Samenstelling of afleiding?

levenslustig
A
Samenstelling
B
Afleiding

Slide 12 - Quiz


Vorming van (nieuwe) woorden
Werkwoorden kunnen op veel manieren worden gevormd. Bijvoorbeeld door een afleiding van een zn, bn of ww.

Internet --> internetten, e-mailen, whatsappen, ontvrienden, ... enz.
En nieuw is 'teamsen'! 

Slide 13 - Diapositive


Hoe ontdek je de delen van een samenstelling of afleiding?
Kijk naar het grondwoord!
Dat is de onvervoegde vorm van het woord of de woordvorm die in het woordenboek staat.


Slide 14 - Diapositive

Wat?
§ 3.5 Woorden: 
Opdrachten zie werkwijzer
Hoe?
Ta!ent boek / mapje
Hulp?
Lesboek, klasgenoot, internet
Op-brengst?
Opdrachten van de werkwijzer gemaakt
Leerdoel?
Woordvorming met een samenstelling en afleiding
Klaar?
Muurkrant opdracht 6

Slide 15 - Diapositive