3.1 Wat zijn de kosten?

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 3 We gaan voor de winst

Doel: Je weet wat voor kosten een bedrijf kan hebben, 

wat het verschil is tussen vaste en variabele kosten en hoe je de verkoopprijs en consumentenprijs berekent.

Productiekosten

• Vaste/constante kosten, kosten die onafhankelijk zijn van de productie
  
•  Variabele kosten, kosten die afhankelijk zijn van je productie 
  

Programma

• terugblik 
  
• theorie
• zelfstandig werken / nakijken
• afsluiting

Productiefactoren

Kapitaal

Arbeid

Natuur

Ondernemerschap

formule afschrijving:

(Aanschafprijs - restwaarde)

——————————————

Aantal gebruiksjaren

afschrijvingperjaar=(aanschafprijs−restwaarde):aantalgebruiksjaren

Berekening kostprijs per product

​(aantal.producten)​​(vaste.kosten+variabele.kosten)​​

BTW

BTW

Belasting over de toegevoegde waarde.

Winkelprijs

De winkelprijs is de prijs die de consument in de winkel betaalt voor een product of dienst. Dit wordt ook wel de consumentenprijs genoemd. Het is de prijs die je aan de winkelier betaalt, inclusief btw.

consumentenprijs = verkoopprijs + btw

rekenen met btw

De verkoopprijs van een jas is € 125.

De btw is 21%.

De consumentenprijs (wat betaal je in de winkel):   MET btw

€ 125 : 100 x 121

€ 125 : 100 x 21 = € 26,25

€ 125 + € 26,25 = € 151,25

rekenen met btw

De consumentenprijs van een product is € 159,95.

De btw is 21%.

€ 159 , 95 = prijs MET btw = 121 %

De verkoopprijs:  ZONDER BTW

€ 159,95 : 121 x 100 = € 132,19

Wat heb je geleerd?

Wat is de consumentenprijs?

1. verkoopprijs zonder btw
2. verkoopprijs
3. verkoopprijs met btw
4. inkoopprijs

De consumentenprijs is de verkoopprijs exclusief btw.

1. juist
2. onjuist

Wat is btw?

1. belasting toenemende waarde
2. belasting toegevoegde waarde
3. belasting toegevoegde winkel
4. belasting tegen waarde

De prijs is 60 euro exclusief 6% btw.
Bereken de prijs inclusief btw.

De prijs is 83,49 euro inclusief 21% btw.
Bereken de prijs in euro's exclusief btw.