Zakelijke e-mail: Les 1

Zakelijke e-mail schrijven
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Zakelijke e-mail schrijven

Slide 1 - Diapositive

Aan wie kun je
een e-mail sturen?
Noem twee voorbeelden.

Slide 2 - Carte mentale

Wat is een persoonlijke e-mail?

Slide 3 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen
een persoonlijke en
een zakelijke e-mail?

Slide 4 - Carte mentale

Ik schrijf een persoonlijke e-mail naar de Cool Cat als ik een klacht heb over een broek die ik heb gekocht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Ik heb een ontzettend leuk weekend gehad en daar wil ik mijn oma over vertellen. Ik schrijf een ........
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 6 - Quiz

Geachte heer/ mevrouw,
Past goed bij een......
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 7 - Quiz

Lesdoel
  • Aan het einde van deze les weet ik wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail en voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld. 
  • Aan het einde van deze les weet ik wat de juiste indeling is van een zakelijke e-mail. 
  • Aan het einde van deze les weet ik  dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 8 - Diapositive

Wat weet ik al over een
zakelijke e-mail?

Slide 9 - Carte mentale

Leespubliek:
Aan wie schrijf je een zakelijke e-mail?

Je schrijft aan iemand die je persoonlijk niet goed kent (jullie zijn geen vrienden of familie).

Bijvoorbeeld:
KPN, de Cool Cat, de tandarts,  directeur van de school, je docent.

Slide 10 - Diapositive

Tekstdoel
Wanneer schrijf je de zakelijke e-mail?  Dus met welk doel!

Bijvoorbeeld:
  • Je hebt een vraag aan je docent
  • Je wilt een afspraak verzetten bij de tandarts
  • Je wilt informatie over een nieuwe telefoon
  • Je hebt een klacht over een jas die je gekocht hebt

Slide 11 - Diapositive

Taalgebruik
Een zakelijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je niet persoonlijk kent.
Die persoon spreek je daarom ook op een zakelijke manier aan. 

U, Mevrouw Schotanus, meneer van Os  (dus geen je en jij!)

Dit noem je formeel taalgebruik

Slide 12 - Diapositive

Indeling 

Bekijk de e-mail van Samantha de Rade . Je krijgt deze e-mail van je docent.

Samen met je docent ga je bekijken hoe een Zakelijke e-mail eruit moet zien.
Aan:   e-mail adres van de geadresseerde 
         (degene aan wie je de e-mail stuurt)

Onderwerp:  Hier vul je kort in waar de mail over gaat.

Aanhef:    Geachte heer/mevrouw,  of 
              Geachte mevrouw Schotanus,

Inleiding: Mijn naam is. Samantha de Rade. Ik schrijf u deze e-mail,  omdat.........

Kern:   Je vertelt waar het echt om gaat.

Slot:   Je vertelt wat je van de ontvanger verwacht. ( Ik hoop......

Slotformule:  Met vriendelijke groet,  Hoogachtend, 

Je voor- en achternaam:  Samantha de Rade

Slide 13 - Diapositive

Wat heb je geleerd?
  • Ik weet wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail en voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld.  
  • Ik weet wat de juiste indeling is van een zakelijke e-mail.  
  • Ik weet dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 14 - Diapositive

Wat wordt er bedoeld met het tekstdoel?
A
Voor wie de tekst bedoeld is.
B
Dat ik u en jij gebruik in mijn tekst.
C
Waarom ik de tekst schrijf.

Slide 15 - Quiz

In de kern........
A
Vertel ik wie ik ben.
B
Vertel ik wat ik verwacht van de ontvanger.
C
Vertel ik waar het echt om gaat.

Slide 16 - Quiz

Een passende slotformule voor mijn Zakelijke e-mail is.....?
Tip: Er zijn meerdere antwoorden goed!
A
Hoogachtend,
B
Groetjes,
C
Liefs,
D
Met vriendelijke groet,

Slide 17 - Quiz

Aan de slag!
Huiswerk:
Maak het knipblad zakelijke e-mail.
Plak de verschillende onderdelen van de e-mail in de juiste volgorde op het gekleurde blad!
timer
1:00

Slide 18 - Diapositive