Hoe? je mag overleggen op fluistertoon met je buurvrouw/man.
Hulpmiddelen; cursus 1.1 , je buurman/vouw. Bij vragen steek je je hand op.
Tot? 3 minuten voor eind.
Wat? maak opdrachten; 2, 4 (A en B), 5, 6 , 7. van cursus 1.1
Klaar? Lees de leerstof van pagina 9 en 10.