t3g - 27/3 - Ballondebat

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Welkom T3G!

Jassen uit en mobiels weg!

Agenda

• Inloop/Absentie - 5 min
  
• Debatfragmenten - 25 min
• Oefenen met argumenten - 10 min
• Voorbereiding Debat Donderdag
•  Reflectie & Afronding - 5 min

Doelen:

- je leert kritisch te kijken naar een debat

- je leert hoe je overtuigend presenteert door stemgebruik, oogcontact en houding. 

- je leert zelf (tegen)argumenten te formuleren

Kritisch kijken naar debat:

We kijken, klassikaal, naar stukjes van het NK Debatteren VMBO uit 2013.

Jullie krijgen van mij kijkersvragen mee. Kijk en luister goed naar wat er gezegd wordt. Beantwoord de vragen, daarna behandelen we deze klassikaal. 

Kritisch kijken naar debat:

Fragment 1: We bekijken het fragment tot en met 1:54

- We beantwoorden de vragen (10 min)

Fragment 2: Bekijk het fragment van 02:25 t/m 03:24

- We beantwoorden de vragen (5 min)

Fragment 3: Bekijk het fragment van 05:37 t/m 05:58

- We beantwoorden de vragen (5min)

Oefenen met argmenten

• Werk samen met een klasgenoot. Kies om beurten een stelling. 
• Bedenk een argument voor elk van de stellingen A tot en met D
• Na 5 minuten behandelen we klassikaal welke argumenten jullie bedacht hebben. 

a Wie met carnaval dronken wordt, moet een kop erwtensoep eten.

b Jongeren van 14 jaar moeten elke dag met een bejaarde buiten wandelen.

c Nederland moet bergen aanleggen.

d Boeren die hun koeien op stal houden, horen een uitgaansverbod te krijgen.

Debat Donderdag

Donderdag gaan we over deze vier onderwerpen debatteren:

1. Euthanasie mag altijd, ook als je jong bent, geestelijk ziek of  

2. Vapen moet in het hele land verboden worden.

3. Abortus mag de gehele zwangerschap gepleegd worden.

4. Nederland moet geen vluchtelingen meer toelaten in het land. 

De klas wordt verdeeld in groepen die zo veel mogelijk argumenten gaan bedenken. Aan het eind van de les is er een stemming. De klasgenoot die het beste gedebatteerd heeft krijgt een prijs!

Ballondebat:

Een heteluchtballon met 5 bekende mensen gaat  neerstorten.

Alle spullen zijn al overboord gegooid......Dit is helaas niet voldoende.

Er zit niets anders op.....

vier ballonvaarders zullen uit de ballon moeten springen.

Eén iemand kan dus maar in de ballon blijven en overleven. Maar wie? 

Ballondebat werkwijze:

Ronde 1: vijf belangrijke personen zitten in een luchtballon en vertellen in één minuut waarom zij in de luchtballon moeten blijven en de wereld niet zonder hen kan. (5 min)

Stemming: 2 personages worden uit de ballon gestemd (3 blijven).

Ronde 2: drie belangrijke personen zitten nu nog in de luchtballon. Zij speechen waarom één van de andere uit de ballon moet en de wereld makkelijk zonder hen kan. (3 min)

Stemming: wie mag in de ballon blijven? 

Nabespreken: wat was de tactiek van de winnaar? 

1. Wie ben je?

- 1 minuut bedenktijd 

-Je kunt kiezen uit veel verschillende personages, denk aan: 

Donald Trump, Martien Meiland, Pippi Langkous, Koning Willem Alexander, Pino.....

2. Voorbereiding

Bedenk zoveel mogelijk argumenten waarom jij zeker niet overboord moet. 

Je hebt 5 minuten om deze persoon voor te bereiden. 

Gebruik duidelijke argumenten en leef je in in de persoon. 

Je maakt een speech van 1 minuut. 

Overtuig je klasgenoten!

Wiel draaien, welke persoon komt in de ballon?

3. Debatteer

De vijf bekende personen komen in de ‘luchtballon’ staan: 

• Ieder houdt zijn speech van 1 minuut: Waarom ben ik onmisbaar? 
• Als je debatteert let je op je stem, oogcontact met de klas en je houding 
• De anderen luisteren aandachtig, maken eventueel aantekeningen. 
  

Stemming na ronde 1:

Het publiek mag nu stemmen: 

De twee ballonvaarders met de minste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas en de andere ballonvaarders.

Wie moet er blijven?

4. Debatteer

De drie overgebleven ballonvaarders debatteren; 

- Waarom moeten de ándere personages uit de ballon? 

- En waarom kan de wereld prima zonder hen?

De spreektijd is wederom één minuut per ballonvaarder. 

In deze ronde moeten de ballonvaarders dus uitleggen waarom de ándere personages uit de ballon zouden moeten.

Stemming na ronde 2

Het publiek mag nu stemmen: Wie moet er uit de ballon?

De twee ballonvaarders met de meeste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas.

5. Nabespreken

Wat was de tactiek van de winnaar; 

hoe dacht hij of zij het publiek voor zich te kunnen winnen? 

Wat heb je geleerd?

* Als debater let tijdens het debatteren op je stem, houding.

* Als debater houd je tijdens je speech oogcontact met de klas.

* Als debater gebruik je sterke argumenten.

* Als publiek heb je een debater beoordeeld op zijn/haar manier van debatteren.

Wiel draaien, welke persoon komt in de ballon?

3. Debatteer

De vijf bekende personen komen in de ‘luchtballon’ staan: 

• Ieder houdt zijn speech van 1 minuut: Waarom ben ik onmisbaar? 
• Als je debatteert let je op je stem, oogcontact met de klas en je houding 
• De anderen luisteren aandachtig, maken eventueel aantekeningen. 
  

Stemming na ronde 1:

Het publiek mag nu stemmen: 

De twee ballonvaarders met de minste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas en de andere ballonvaarders.

Wie moet er blijven?

4. Debatteer

De drie overgebleven ballonvaarders debatteren; 

- Waarom moeten de ándere personages uit de ballon? 

- En waarom kan de wereld prima zonder hen?

De spreektijd is wederom één minuut per ballonvaarder. 

In deze ronde moeten de ballonvaarders dus uitleggen waarom de ándere personages uit de ballon zouden moeten.

Stemming na ronde 2

Het publiek mag nu stemmen: Wie moet er uit de ballon?

De twee ballonvaarders met de meeste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas.

Wiel draaien, welke persoon komt in de ballon?

3. Debatteer

De vijf bekende personen komen in de ‘luchtballon’ staan: 

• Ieder houdt zijn speech van 1 minuut.
  Waarom ben ik onmisbaar? 
• Als je debatteert let je op je stem, oogcontact met de klas en je houding 
• De anderen luisteren aandachtig, maken eventueel aantekeningen. 
  

Stemming na ronde 1:

Het publiek mag nu stemmen: 

De twee ballonvaarders met de minste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas en de andere ballonvaarders.

Wie moet er blijven?

Welke ballonvaarder moet zeker blijven?

nummer 1

nummer 2

nummer 3

nummer 4

nummer 5

4. Debatteer

De drie overgebleven ballonvaarders krijgen vijf minuten om hun speech voor te bereiden; 

- Waarom moeten de ándere personages uit de ballon? 

En waarom kan de wereld prima zonder hen?

De spreektijd is wederom één minuut per ballonvaarder. 

In deze ronde moeten de ballonvaarders dus uitleggen waarom de ándere personages uit de ballon zouden moeten.

Stemming na ronde 2

Het publiek mag nu stemmen: 

De twee ballonvaarders met de meeste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas.

Wie moet er uit de ballon?

Wie moet de ballon verlaten?

nummer 1

nummer 2

nummer 3

Wiel draaien, welke persoon komt in de ballon?

3. Debatteer

De vijf bekende personen komen in de ‘luchtballon’ staan: 

• Ieder houdt zijn speech van 1 minuut.
  Waarom ben ik onmisbaar? 
• Als je debatteert let je op je stem, oogcontact met de klas en je houding 
• De anderen luisteren aandachtig, maken eventueel aantekeningen. 
  

Stemming na ronde 1:

Het publiek mag nu stemmen: 

De twee ballonvaarders met de minste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas en de andere ballonvaarders.

Wie moet er blijven?

Welke ballonvaarder moet zeker blijven?

nummer 1

nummer 2

nummer 3

nummer 4

nummer 5

4. Debatteer

De drie overgebleven ballonvaarders krijgen vijf minuten om hun speech voor te bereiden; 

- Waarom moeten de ándere personages uit de ballon? 

En waarom kan de wereld prima zonder hen?

De spreektijd is wederom één minuut per ballonvaarder. 

In deze ronde moeten de ballonvaarders dus uitleggen waarom de ándere personages uit de ballon zouden moeten.

Stemming na ronde 2

Het publiek mag nu stemmen: 

De twee ballonvaarders met de meeste stemmen vallen helaas af, maar ontvangen natuurlijk een heel groot applaus van de klas.

Wie moet er uit de ballon?

Wie moet de ballon verlaten?

nummer 1

nummer 2

nummer 3