Minimale vormgeving: al het overbodige wordt weggelaten.
Kunst die volledig op zichzelf staat: geen diepere betekenis.
Ontwikkelt zich vanaf jaren ’60 in Amerika. Later ook in Europa.
Donald Judd
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4
Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Minimalisme
Vanaf 1960
Eenvoudig, onpersoonlijk en objectief.
Basisvormen.
Minimale vormgeving: al het overbodige wordt weggelaten.
Kunst die volledig op zichzelf staat: geen diepere betekenis.
Ontwikkelt zich vanaf jaren ’60 in Amerika. Later ook in Europa.
Donald Judd
Slide 1 - Diapositive
Frank Stella, Die Fahne Hoch! (1959)
Robert Morris, Untitled
(mirrored cubes) (1965/71)
Judy Chicago, Rainbow Pickett (1965)
Slide 2 - Diapositive
Leg de betekenis van 'minimal art' uit.
A
Kunst die heel klein van formaat is.
B
Kunst die door een minimaal aantal kunstenaars wordt gemaakt.
C
Kunst waarbij het gaat om de eenvoud.
D
Kunst waarbij het gaat om zo min mogelijk herkenbare voorstelling.
Slide 3 - Quiz
Schilderkunst
Herhaling
Abstract
Geometrische patronen
Geen persoonlijk handschrift: bijv. door gebruik te maken van verfrollers en spuitbussen.
Shaped canvases: schilderij hoeft niet langer een rechthoek of vierkant te zijn.
Geen verwijzing naar iets anders, alleen lijnen, kleuren en vlakken.
Kenneth Noland
Frank Stella
Frank Stella: "Wat je ziet is wat je ziet."
Slide 4 - Diapositive
Frank Stella schilderde zijn symmetrische patronen van zwarte banen op ongeprepareerd doek. Waarom zou hij ongeprepareerd doek hebben gebruikt?
A
Een schilderij is een object in plaats van een voorstelling van iets.
Dus doek met verf.
B
Ongeprepareerd linnen is natuurlijker en past daardoor binnen het minimalisme.
C
Het linnen staat symbool voor de voorstelling van de aarde.
D
Het ongeprepareerde linnen geeft een structuur aan het werk.
Slide 5 - Quiz
Opart - Bridget Riley
Uit op illusionistische werking.
Minimal art - Frank Stella
Uitsluitend ritme en herhaling.
Slide 6 - Diapositive
Hard Edge
Frank Stella, Tuxedo Park Junction, 1960
Lorser Feitelson, Untitled 1952
Frank Stella Hyena Stomp 1962
Slide 7 - Diapositive
Colorfield painting - Barnett Newman
Uit op meditatieve werking.
Minimalisme - Karl Benjamin
Alleen waarneembaar beeld.
Slide 8 - Diapositive
Action Painting
Colorfield painting
Hard Edge
Soms abstract, soms figuratief.
De bewegingen van de maker staan centraal.
Emotie van de maker
Drippings
Emotionele werking van de kleuren staat centraal.
Kleurvlakken, soms scherp, soms diffuus
Onpersoonlijk
Handschrift van de kunstenaar is niet zichtbaar.
Vaak geometrische vormen
Slide 9 - Question de remorquage
Ruimtelijk werk
Basisvormen: bol, kegel, cilinder en kubus.
Felle kleuren, vaak eigen aan het materiaal.
Ritme en herhaling.
Pure materialen.
Glad afgewerkt.
Industriële uitstraling => wordt niet altijd door de kunstenaar zelf gemaakt.
Rechtstreeks op de grond, geen sokkel.
Donald Judd
Donald Judd: “Mijn beelden zijn de werkelijkheid zelf en niet een imitatie ervan. Een kunstenaar dient niet een verschijning van de dingen te maken, maar een ding op zichzelf. Een context of verhaal heb ik er niet bij.”
Slide 10 - Diapositive
Minimal art
Donald Judd
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Carl Andre
Industriële materialen, vooral metalen.
Materiaal wordt onbewerkt gebruikt.
Eenvoudig, geometrisch patroon.
Rechtstreeks op de grond.
Bezoekers mogen er overheen lopen.
Zo wordt het kunstwerk onderdeel van de omgeving.
Carl Andre
Slide 13 - Diapositive
Richard Serra - open endend - 2007/2008
Sol Lewitt - Four-Sided Pyramid, first installation 1997, fabricated 1999