Zorgplan

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Zorgleefplan

Waar werken jullie mee in de praktijk?

Wat is een zorgleefplan?

In het zorgleefplan leg je de voorkeuren, ondersteuningsvragen, behoeften of doelen van de cliënt vast. 

Hierbij  kijk je naar alle aspecten die belangrijk zijn voor kwaliteit van leven van een cliënt. 

Stappenplan methodisch werken

1. Verzamelen van gegevens

2. Vastellen van de behoefte en het probleem

3. Vaststellen doelen 

4. Vaststellen van en plannen zorgactiviteit

5. Uitvoeren van de verzorgende interventies

6. Het evalueren van de zorg

Stap 1 Gegevens verzamelen

Hoe doe je dat?

Met wie?

Stap 2 Vaststellen van ondersteuningsvraag, behoeften en problemen

Ondersteuningsvraag of Behoefte?

Problemen?

Methodisch werken

• Doorlopen van vaste stappen
• Evalueren
• Bijstellen

Doel: planmatig en gestructureerd werken

Het zorgplan in de VVT bevat de volgende vier levensdomeinen:

1. Mentaal welbevinden

2. Lichamelijk welbevinden

3. Woon- en leefomstandigheden

4.  Participatie

POG 

P = Probleem

O = Oorzaak

G = Gevolg

Meneer De Jong (87) heeft COPD en zit in een rolstoel omdat hij te weinig energie heeft om te

lopen. Op zijn stuit heeft meneer een rode plek.  De huisarts constateerde dat meneer ondervoed is. Meneer is nu opgenomen in het verpleeghuis.

Formuleer de POG voor meneer de Jong.

Maken POG:
Meneer De Jong (87) heeft COPD en zit in een rolstoel omdat hij te weinig energie heeft om te
lopen. Op zijn stuit heeft meneer een rode plek. De huisarts constateerde dat meneer ondervoed is. Meneer is nu opgenomen in het verpleeghuis.

Tommie eet elke dag witbrood, patat en drinkt drinkt dagelijks cola. Hij heeft één keer in de week ontlasting. Hij heeft een vervelend vervelend gevoel in zijn buik. Hij zou meer vezels, groente en water moeten nemen. Welke zin hoort bij de letter O van de afkorting POG?

1. Hij heeft een vervelend gevoel in zijn buik
2. Hij heeft één keer in de week ontlasting
3. Hij eet dagelijks witbrood, patat en cola
4. Meer groente, vezels en water moeten drinken

Hoe maak je een Zorgleefplan?

Het zorgprobleem of ondersteuningsvraag (4 aspecten)

 1.

P = Probleem (verpleegkundige diagnose/probleem)

O = Oorzaak van het probleem

S=  Gevolgen van het probleem

2. Maken van een doel

Doel moet SMART worden geformuleerd

S = specifiek

M = meetbaar

A = acceptabel

R = Realistisch

T = tijdgebonden

3. Interventies

Wat ga je doen om het doel te behalen?

Dit kunnen meerdere acties zijn door meerdere personen.

4. Evaluatie

1. Productevaluatie: Is mijn doel bereikt?

2. Procesevaluatie: Zijn de acties goed verlopen?

Welk hulpmiddel gebruik je om een zorgdoel te formuleren

1. RUMBA
2. PES
3. SMART
4. SOAP

wat betekent SMART ?

Waarvoor staat de R in SMART

1. Resultaat
2. Relevant
3. Richtinggevend
4. Realistisch

Stel een probleem op aan de hand van de POG. En een bijpassend doel aan de hand van de SMART regel

Het in kaart brengen van wensen, behoeften,mogelijkheden en zorgvraag beschrijven we in het?...

1. zorgplan
2. zorgleefplan
3. ondersteuningsplan
4. A,B,C

Wie is verantwoordelijk voor het opstellen van het zorgplan?

1. Patiënt
2. Zorgverantwoordelijke
3. Geneesheer-directeur
4. Onafhankelijk psychiater

Welk cijfer geef jij deze les?

010