4.6 afweer

Welkom
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom

Slide 1 - Diapositive

Doel vorige les
  • Je weet hoe de nieren werken.  

Slide 2 - Diapositive

Wat doen je nieren?
A
Je nieren filteren je bloed. Ze halen de schadelijke stoffen eruit en de goede stoffen houden ze in je lichaam.
B
Je nieren filteren je bloed. Ze halen de goede stoffen uit je bloed en verwijderen die via de urine.

Slide 3 - Quiz

Bij mannen is de urine buis korter dan bij vrouwen?
A
Waar
B
Onwaar

Slide 4 - Quiz

Wat bewaart de urine?
A
De urineleider
B
De nierslagader
C
De nierbekken
D
De nieraders

Slide 5 - Quiz

Dit vervoert urine vanaf de urineblaas tot buiten het lichaam
A
nieraders
B
nierslagaders
C
urinebuis
D
urineleiders

Slide 6 - Quiz

Hoe komt het dat je urine overdag vaak lichter is dan in de ochtend?
A
Je drinkt te weinig
B
Je drinkt overdag meer

Slide 7 - Quiz

Doel deze les
  • Je weet hoe je immuun wordt voor een ziekte.
  • Je weet hoe je immuun wordt door een inenting.




 

Slide 8 - Diapositive

Uitleg basisstof 6 'Afweer'
Ziekteverwekkers: bacteriën en virussen
waar je ziek van wordt. 
Je lichaam houdt ze tegen door: 
  • je huid (komen ze niet doorheen)
  • je slijmvliezen (blijven plakken aan slijm)
  • zoutzuur (maagzuur bevat zoutzuur. Dit
    doodt bacteriën.)

Slide 9 - Diapositive

Uitleg basisstof 6 'afweer'
Infectie: Een ziekteverwekker komt toch je
lichaam in. 
Wittebloedcellen maken de ziekteverwekkers
onschadelijk. 

Antistof: De antistof maakt ziektewekkers
ook onschadelijk. De witte bloedcellen
kunnen deze antistoffen bevatten

Slide 10 - Diapositive

De werking van je immuunsysteem

Slide 11 - Diapositive

Uitleg basisstof 6 'Afweer'
Eerst ziek, dan beter: Het duurt even voordat je wittebloedcellen antistoffen gemaakt hebben. Daardoor wordt je ziek. Als het de wittebloedcellen gelukt is, word je weer beter. 
Immuun: De antistoffen verdwijnt uit je boed,
maar de witte bloedcellen onthouden hoe ze
de antistof moeten maken. De volgende keer wordt
je niet meer ziek. Je bent immuun. 

Slide 12 - Diapositive

Uitleg basisstof 6 'afweer'
Immuniteit: Het immuun worden moet je opbouwen. Baby's zijn heel vaak ziek, omdat ze nog geen/weinig antistoffen in hun lijfje hebben. Volwassenen kunnen al beter tegen ziekteverwekkers. (natuurlijke manier)
inenting/vaccinatie: Een inenting kan je helpen met het maken van antistoffen tegen een bepaalde ziekte. Dit kan inhouden dat je de volgende keer minder erg of zelfs niet meer ziek wordt. 
Je krijgt de ziekte in een zwakke vorm ingespoten. Je lichaam (witte bloedcellen) werkt ertegen. Dit is een kunstmatige manier.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Wat doet je afweersysteem?
A
Die zorgt ervoor dat je ziek wordt.
B
Die zorgt ervoor dat je niet ziek wordt.

Slide 15 - Quiz

Ziekteverwekkers worden onschadelijk gemaakt door witte bloedcellen.
A
Waar
B
Onwaar

Slide 16 - Quiz

Je lichaam houdt ziekteverwekkers tegen door: Je huid, je slijmvliezen en zoutzuur.
A
Waar
B
onwaar

Slide 17 - Quiz

Natuurlijk immuniteit bouw je op:
(en weet je dan ook hier die andere heet?)
A
Doordat je een inenting/vaccinatie krijgt
B
Doordat je zelf ziek wordt.

Slide 18 - Quiz

Wat onthouden witte bloedcellen?
A
Hoe ze antistoffen tegen een bepaalde ziekte moeten maken.
B
Niets, antistoffen blijven in je lichaam.

Slide 19 - Quiz