LMA1 - wk 2 - Engelse werkwoorden

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Je kunt vormen van Engelse werkwoorden correct spellen.

Slide 3 - Diapositive

Stel je nog steeds de vraag:


Is het een PV JA of NEE?


Blijven doen hoor!

Slide 4 - Diapositive

Engelse werkwoorden


Filmpje

Theorie

Quiz

Aan de slag

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Engelse werkwoorden

Ik heb jaren als webdesigner ... (freelancen)
A
gefreelancet
B
gefreelanct
C
gefreelanced
D
gefreelancd

Slide 12 - Quiz

Engelse werkwoorden

Hij ... (racen-vt)
A
racte
B
racette
C
racde
D
racete

Slide 13 - Quiz

Engelse werkwoorden

Wij hebben ... (basketballen)
A
gebasketballd
B
gebasketbald
C
gebasketballt
D
gebasketballet

Slide 14 - Quiz

Engelse werkwoorden

Jij ... (stressen-tt)
A
stresst
B
strest
C
stresd
D
stressd

Slide 15 - Quiz

Engelse werkwoorden

Hij ... (lunchen-vt)
A
lunchte
B
lunchde
C
lunchete
D
lunchede

Slide 16 - Quiz

Vervoeging Engelse werkwoorden
Kies de juiste schrijfwijze:

A
Hij heeft de hele dag gegamed.
B
Hij heeft de hele dag gegamet.
C
Hij heeft de hele dag gegamt.
D
Hij heeft de hele dag gegamd.

Slide 17 - Quiz

Engelse werkwoorden
A
Schrijf je als de Nederlandse zwakke werkwoorden
B
De ik-vorm heeft vaak dezelfde vorm als de stam
C
ik-vorm: ik pass hij-vorm: hij passt
D
ik-vorm: ik skate verleden tijd: ik skatete

Slide 18 - Quiz

Engelse werkwoorden

Jij ... (deleten-tt)
A
deletete
B
delet
C
deletet
D
delete

Slide 19 - Quiz

Engelse werkwoorden

Hij ... (timen-vt)
A
Hij timde.
B
Hij timdde.
C
Hij timete.
D
Hij timede.

Slide 20 - Quiz

Engelse werkwoorden

Hij ... (barbecueën-vt)
A
barbecuedde
B
barbecuede
C
barbecuete
D
barbecuette

Slide 21 - Quiz

Zelf aan de slag!
NuNederlands H2.4 Engelse werkwoorden
Je kunt vormen van Engelse werkwoorden correct spellen

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive