2hv Grammatica woordsoorten H6(h) en H5(v) - ww in samengestelde zinnen

werkwoorden benoemen in samengestelde zinnen
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

werkwoorden benoemen in samengestelde zinnen

Slide 1 - Diapositive

Leestoets Trede 6 

Kans 1 tijdens les 2 week 24
kans 2 week 25
Lezen Trede 1 t/m 6
Instructie herhaling

Slide 2 - Diapositive

Is 'willen' een hww of zww?
Wopke en Ab willen dagelijks een gezond ontbijt.

A
zww
B
kww

Slide 3 - Quiz

Lesdoel
Je kan zelfstandige werkwoorden, koppel- en hulpwerkwoorden herkennen in samengestelde zinnen.

Slide 4 - Diapositive

Is 'zijn' een zww of kww?
De sieraden van deze jonge edelsmid zijn heel bijzonder.
A
zww
B
kww

Slide 5 - Quiz

zelfstandig werkwoord, koppelwerkwoord en hulpwerkwoord in samengestelde zinnen.
Enkelvoudige zin = 1 persoonsvorm
Samengestelde zin = meerdere persoonsvormen

Meer uitleg en oefenen:
https://www.cambiumned.nl/theorie/grammatica/zinsdelen/samengestelde-zin/



Slide 6 - Diapositive

Zo bepaal je in een samengestelde zin met welk soort werkwoord je te maken hebt.
1. Splits de samengestelde zin in enkelvoudige zinnen.
2. Stel van elke enkelvoudige zin het gezegde vast: werkwoordelijk gezegde (wg) of naamwoordelijk gezegde (ng).
3. Pas daarna de regels van H2 en 3 toe.

Ga naar de volgende slide voor een voorbeeld.

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeld - stap 2 :  Stel van elke enkelvoudige zin het gezegde vast:
1. Als scholieren blijven klagen over hun loon bij de supermarkt,
 wg = blijven klagen
wg met twee werkwoorden -> blijven = hww en klagen = zww
2. zal de directie de lonen moeten verhogen,
wg = zal moeten verhogen
3. zodat de winkel weer een aantrekkelijke werkgever wordt.
ng = wordt [een aantrekkelijke werkgever]

Slide 8 - Diapositive

Voorbeeld - stap 1: splits samengestelde zinnen in enkelvoudige zinnen
Als scholieren blijven klagen over hun loon bij de supermarkt, zal de directie de lonen moeten verhogen, zodat de winkel weer een aantrekkelijke werkgever wordt.
Stap 1. Splits de samengestelde zin in enkelvoudige zinnen.
1. Als scholieren blijven klagen over hun loon bij de supermarkt, / 
2. zal de directie de lonen moeten verhogen, /
3. zodat de winkel weer een aantrekkelijke werkgever wordt.

Slide 9 - Diapositive

Voorbeeld - stap 3: 
1. Als scholieren blijven klagen over hun loon bij de supermarkt,
wg = blijven klagen
wg met twee werkwoorden -> blijven = hww en klagen = zww

2. zal de directie de lonen moeten verhogen,
wg = zal moeten verhogen
wg met drie werkwoorden -> zal = hww, moeten = hww en verhogen = zww

3. zodat de winkel weer een aantrekkelijke werkgever wordt.
ng = wordt [een aantrekkelijke werkgever]
ng met één werkwoord -> wordt = kww

Slide 10 - Diapositive

Ga naar Quizizz

Slide 11 - Diapositive

Wanneer je met een auto in het water terechtkomt, moet je snel een raampje openen, opdat je daardoor kunt ontsnappen.

Doorloop de stappen en benoem de werkwoorden (kww, zww, hww)

Slide 12 - Question ouverte

Omdat ik in het weekend al boodschappen heb gedaan, kan ik maandag rustig aan doen.

gedaan

A
Zelfstandig werkwoord
B
Koppelwerkwoord
C
Hulpwerkwoord

Slide 13 - Quiz

Omdat ik in het weekend al boodschappen heb gedaan, kan ik maandag rustig aan doen.

A
Enkelvoudige zin
B
Samengestelde zin

Slide 14 - Quiz

Omdat ik in het weekend al boodschappen heb gedaan, kan ik maandag rustig aan doen.

heb

A
Zelfstandig werkwoord
B
Koppelwerkwoord
C
Hulpwerkwoord

Slide 15 - Quiz

Die toets wordt een makkie!

A
Werkwoordelijk gezegde (wg)
B
Naamwoordelijk gezegde (ng)

Slide 16 - Quiz

Startopdracht samen 
Opdracht 1 start

Slide 17 - Diapositive