Taak 2 Vul een schema in

• NT2
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Hoe ga je naar school?

Taak 2 

Vul een schema in

Werkblad Plaatjes

Wat zie je?

Luister goed en wijs aan.

Hoe ga je naar school? Ik ga met ...

Ik ga met de fiets.

Ik ga met de bus.

Ik ga met de trein.

Ik ga met de tram.

Ik ga lopend.

Ik ga met de auto.

Werkblad plaatjes

Schrijf de goede zin bij het plaatje

Hoe ga je naar school?

Ik ga met de fiets.

Hoe ga je naar school?

Ik ga met de bus.

Hoe ga je naar school?

Ik ga met de auto.

Hoe ga je naar school?

Ik loop naar school.

Hoe ga je naar school?

Ik ga met de trein.

Hoe ga je naar school?

Ik ga met de tram.

Hoe ga je naar school?

Ik ga niet naar school. Het is weekend.

Ik ga niet met de fiets.

Ik ga niet ...

Waar kun je nog meer naar toe gaan?
Denk aan: naar huis, naar een vriend(in), naar de film, naar de winkel ...

Stel een vraag!

Hoe ga je naar school?

Ik ga met de fiets.

Hoe ga je naar je vriendin?

Ik ga met auto.

Loop rond en stel een vraag

Vul de namen van de leerlingen uit de klas in op het schema. Loop rond en  vraag: ‘Hoe ga je naar school?’ 

Zet een x in het schema.

Hoeveel leerlingen gaan met de bus naar school?

Hoeveel leerlingen gaan met de fiets naar school?

Hoeveel leerlingen gaan lopend naar school?