week 15 vast 5.3 De verspreiding van het christendom

Welkom bij geschiedenis
Binnen= beginnen:
  • Ga rustig zitten op je plek volgens de klassenplattegrond.
  • Pak alvast je leerboek en start met lezen paragraaf 5.3



1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij geschiedenis
Binnen= beginnen:
  • Ga rustig zitten op je plek volgens de klassenplattegrond.
  • Pak alvast je leerboek en start met lezen paragraaf 5.3



Slide 1 - Diapositive

Vandaag
  1. Lesdoelen (5 min)
  2. herhaling vorige les
  3. Uitleg paragraaf 5.3 (10 min)
  4. Zelfstandig werken (10 min)
  5. Afsluiting (5 min)

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel
  • Je kunt uitleggen om welke drie redenen kloosters belangrijk waren.
  • Je kunt beschrijven hoe en waarom vorsten en geestelijken samenwerkten.
  • Je kunt beschrijven hoe het christendom werd verspreid.

Slide 3 - Diapositive

Herhaling vorige week
herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen herhalen

Slide 4 - Diapositive

Wat is het leenstelsel?
A
Systeem waarbij een leenheer grond in leen geeft aan een leenman in ruil voor bepaalde diensten.
B
Systeem waarbij leenmannen een deel van het landgoed gebruiken en andere deel de boeren laten werken.
C
Systeem waarbij de leenheer een stuk grond verkoopt aan een boer.
D
Systeem waar leenheren aan boeren een stuk grond verkopen om uiteindelijk winst te kunnen maken.

Slide 5 - Quiz

Wat is het hofstelsel?
A
Bescherming in ruil voor pacht en herendiensten
B
Raad en daad
C
Geld lenen van de koning
D
Je woont in een hofje

Slide 6 - Quiz

Hoe zat het ook alweer met horigheid en hofstelsel?
Horigen...
A
waren vazallen van de koning
B
waren leenmannen van een edelman
C
waren slaven die het land bewerkten
D
leverden vrijheid in, in ruil voor bescherming

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Vidéo

Vragen bij het filmpje
  • Wie zagen we in het filmpje?
  •  Over welke feestdag ging het filmpje?
  • Wat doen we tegenwoordig op die dag?

Slide 9 - Diapositive

5.3 De verspreiding van het christendom

Slide 10 - Diapositive

Christendom en de wereld
  • Te veel afleiding in de wereld. 
  • Christenen willen dicht bij God komen. 
  • Hoe kun je het best geloven? 

Slide 11 - Diapositive

Monniken en Nonnen
  • Bewoners kloosters.
  • Monnik (Man) en Non (vrouw).
  • Hoofd kloosters, abt (man) en abdis (vrouw)
  • Mannen en vrouwen kloosters.
  • Leven in kuisheid

Slide 12 - Diapositive

Ontstaan van kloosters
  • Na het vertrek Romeinen namen bisschoppen het bestuur over.
  • Sommige christenen wilden leven wijden aan God.
  • Ze gingen in kloosters wonen.

Ora et labora
 (bid en werk)

Slide 13 - Diapositive

Kloosters
Geestelijken wonen samen in een klooster - monniken en nonnen. De baas noemen we een abt.

Houden zich aan de regels van de Kerk.
  • Geen seks/gezin
  • Leven in armoede
  • Bidden
  • Ziekenzorg

Slide 14 - Diapositive

Die kloosters...
... stonden in de middeleeuwen overal in Europa. 
Iedereen wist wat een klooster was en wat de geestelijken daar deden.

bijvoorbeeld:
  • Kopiëren boeken.
  • Beheer domeinen en horigen.
  • Andere mensen helpen (zieken, reizigers)

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Een klooster is...
A
kerk van de islam
B
gebouw waar monniken wonen
C
Kerk van de christenen
D
Een schoolgebouw

Slide 17 - Quiz

Geloof in de samenleving
  • Net als de paus, bisschoppen en dorspriester waren kloosterlingen geestelijken.
  • Gewone gelovigen noem je leken.

Slide 18 - Diapositive

Mensen kwamen ook op een andere manier in contact met het christendom...

Slide 19 - Diapositive

Missionarissen 
Missionarissen waren ook geestelijken. 

Ze probeerden niet-christelijke volkeren christelijk te maken = bekeren = kerstenen

(begrip Kerstenen moet je kennen)

Slide 20 - Diapositive

Hoe deden ze dat?

Slide 21 - Diapositive

Hoe?
Vernietigen heilige plekken heidenen en dan daar christelijke kerken bouwen.

Heidense zaken overnemen:
-> Lentefeest wordt Pasen

Ze bekeerden koningen, dan was het volk ook ineens christelijk! Easy!

 

Slide 22 - Diapositive

Koningen
Koningen wilden graag 1 geloof in hun gebied. ( Denk aan Karel de Grote die de Saksen met geweld wilde bekeren.)

Hielpen missionarissen om volkeren te bekeren.
Ander voordeel: gebiedsuitbreiding!

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

De Bekering van Clovis
  1. 496. (Legende) Clovis wint een veldslag door de god van de christenen aan te roepen. 
  2. Hij laat zich met duizenden krijgers dopen. 

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Bonifatius
754 vermoord bij Dokkum (martelaar)

Willibrord(690) , laat kerkjes bouwen op heilige plaatsen van de heidense volken

Slide 27 - Diapositive

Wat is een missionaris?
A
Iemand die niet christelijk is
B
Iemand die anderen christelijk probeert te maken
C
Een ridder
D
Iemand die anderen van adel probeert te maken

Slide 28 - Quiz

Wat was het voordeel voor Clovis om zich te bekeren tot het christendom
A
Hij kreeg meer gebied hierdoor
B
Hij kreeg steun van de christenen in het gebied
C
hij kon daardoor makkelijk wetten doorvoeren
D
hij voerde op deze manier sneller oorlog

Slide 29 - Quiz

Het bekeren van volken tot het christendom heet
A
hedsrja
B
Kerstening
C
Hemelvaart
D
Paasviering

Slide 30 - Quiz

En nu? kerk en staat

Slide 31 - Diapositive

samengevat:
Missionarissen kwamen naar heidense gebieden om mensen te kerstenen.

  • Missionaris = iemand die de opdracht heeft om mensen te kerstenen (hij is op missie!)
  • Heiden = iemand die niet de 'juiste' godsdienst heeft (in dit geval christendom)
  • Kerstenen = tot het christendom bekeren 

Slide 32 - Diapositive

Werktijd
STAP 1
STAP 2
KLAAR ?

Maken opdrachten paragraaf 5.3

Hoe?
  • Alleen
  • Muziek in mag
  • Vraag? Steek je vinger op!
 Nakijken!
.
Klaar? Maken - Keuzeopdracht C: Uit die tijd in het Rijksmuseum




 
timer
10:00

Slide 33 - Diapositive

Volgende week
 gaan we het hebben over het ontstaan en de verspreiding van de islam


Slide 34 - Diapositive