Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
Vormgeving & ICT
RECLAME: CAMERATECHNIEK
Slide 1 - Diapositive
Welkom bij de les over cameratechniek van de lesreeks over reclame van de Filmacademie. Omdat deze les een onderdeel is van een lessenreeks raden wij aan om de lessenreeks in z'n volledigheid te behandelen.
Lesdoelen:
1. Leerlingen kunnen de begrippen filmplan, script en storyboard uitleggen en toelichten waarom deze belangrijk zijn.
2. Leerlingen kunnen zelf een filmplan, script en storyboard maken
3. Leerlingen kunnen een filmplan met passend verhaal creëren om een product aan te bevelen.
De lesfases:
Uitleg
Een plan bedenken
Actie! Filmen en monteren
Terugkijken en reflectie
Slide 2 - Diapositive
* Uitleg: De les begint met een uitleg van het onderwerp, waar veel voorbeelden aan bod komen.
* Plan bedenken: Na de uitleg krijgen de leerlingen de opdracht en bedenken ze een plan van aanpak.
* Actie: De leerlingen gaan filmen en monteren.
* Terugkijken: Als de leerlingen klaar zijn, kijken we hun filmpjes terug en reflecteren we op de opdracht.
Programma:
Het Verhaal
De Doelgroep
Cameratechniek
Montage
Muziek
Kijkvragen
Na het bekijken van een filmpje, wordt deze knop zichtbaar. Met deze knop kan je terugblikken op de kijkvragen.
Uitleg
Wanneer je op deze knop drukt zal aanvullende informatie zichtbaar worden.
Slide 3 - Diapositive
BENODIGDHEDEN:
- Kopieën van het storyboard (zie dia 8).
- Mogelijkheid voor de leerlingen om te filmen - zoals telefoons of iPads
- Montageprogramma beschikbaar voor de leerlingen. Het liefst het programma waar de leerlingen eindexamen in doen.
Case study: Nike
Welk verhaal wordt verteld?
Welke shots worden daarbij gebruikt?
Opdracht tijdens het kijken: probeer bij elk nieuw shot dat je ziet te klappen
Slide 4 - Diapositive
Het sportmerk Nike maakt reclames waarin ze mensen willen aansporen om te gaan sporten. In deze reclames word je uitgenodigd om je te identificeren met het hoofdfiguur. Hun slogan Just Do It sluit hier bij aan. Ook in dit voorbeeld is dat goed zichtbaar.
Opdracht: Klappen bij elk nieuw shot. Dit maakt de leerlingen bewust van de vele wisselingen van shots die in een korte reclame zitten.
Slide 5 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Welk verhaal wordt verteld?
Welke shots worden daarbij gebruikt?
Hoe vaak heb je geklapt?
Slide 6 - Diapositive
- Bespreek eerst met de leerlingen hoe vaak ze hebben geklapt tijdens het bekijken van de reclame. Wat voor invloed hebben veel korte shots op het tempo van de reclame? Het tempo ligt hierdoor hoog.
- Het verhaal gaat over de beleving van een meisje wanneer ze in het stadion komt.
- Door het gebruik van shots voelen we de spanning die zij voelt: het grote stadion, de drukte. Ook zijn we middels close-up zo dicht bij de actie dat het lijkt alsof we er zelf bij zijn.
Opdracht: Nike
Teken 3 shots uit de reclame in een storyboard. Let hierbij vooral op camerastandpunt en perspectief.
Wat is een STORYBOARD? Een storyboard is een soort stripverhaal waarin stap voor stap het verhaal van de film wordt verteld.
Slide 7 - Diapositive
Om te snappen hoe het gebruik van shots invloed kan hebben op het verhaal, krijgen de leerlingen de opdracht om 3 shots na te tekenen uit de reclame. Ze moeten hierbij vooral letten op het standpunt van de camera (is de camera hoog of laag) en het perspectief (is de camera dichtbij of ver weg).
Laat ze bij het maken van het storyboard ook nadenken over wat de positie van de camera doet met jouw plek als kijker in het verhaal.
Opdracht: Nike
Slide 8 - Diapositive
Dit is het storyboard wat de leerlingen kunnen gebruiken voor de opdracht.
Opdracht: Nike
Slide 9 - Diapositive
Dit is een voorbeeld van een storyboard. De leerlingen tekenen wat de camera uiteindelijk gaat filmen.
Slide 10 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Close-up
Medium shot
Long shot
Slide 11 - Diapositive
De afstand van de camera tot het onderwerp beïnvloed de mate waarin wij ons kunnen identificeren met het personage of dat we betrokken zijn bij het verhaal.
Een close-up shot is een shot waarbij de kijker dichtbij het onderwerp is.
Shots: Close-up
Slide 12 - Diapositive
Dichtbij het personage betekent dat we ons sneller gaan identificeren met het personage én dat emoties goed te zien zijn.
Shots: Medium shot
Een medium shot is een shot waarbij het onderwerp vanaf de middel in beeld is.
Slide 13 - Diapositive
Een medium shot toont het onderwerp vanaf de middel. Interactie tussen personages is goed zichtbaar.
Shot: Long shot
Een long shot geeft overzicht van de omgeving.
Slide 14 - Diapositive
Met long shots wordt context geschetst. Laat niet alleen de personages volledig zien, maar ook de omgeving. De beweging van personages is nu goed te zien, net als hun onderlinge verhoudingen.
Shot: Point of view
Een point of view shot is een reeks waarin we zien wat het personage ziet.
Slide 15 - Diapositive
Het zorgt voor identificatie met het personage. Deze opeenvolging van shots (personage - wat het personage ziet - weer het personage) laat ons letterlijk in de schoenen staan van het personage.
Slide 16 - Diapositive
Camerastandpunten & Perspectief:
De hoogte van de camera kan beïnvloeden hoe wij naar een personage kijken. Wanneer de camera laag is, lijkt het personage groter, terwijl de camera hoog is deze letterlijk neerkijkt op een personage.
Perspectief: Kikker
Een kikkerperspectief (camera onder onderwerp) laat alles groter lijken.
Slide 17 - Diapositive
Wanneer de camera tegen het personage opkijkt, is er sprake van het kikkerperspectief. Dit perspectief laat alles groter lijken, mensen lijken hierdoor imposant, belangrijk of intimiderend.
Perspectief: Vogel
Een vogelperspectief (camera boven onderwerp) laat alles kleiner lijken.
Slide 18 - Diapositive
Wanneer de camera op het personage neerkijkt, is er sprake van het vogelperspectief. Dit perspectief laat alles kleiner lijken, mensen lijken hierdoor nietig en klein, maar ook situaties voelen hierdoor overzichtelijker.
Aan de slag: stappenplan
Genre
1
Storyboard
2
Filmen
3
Monteren
4
Terugkijken
5
Slide 19 - Diapositive
1 - Je krijgt van de docent een filmgenre toegewezen: horror, western of actie. In dit genre ga je een reclamefilmpje maken.
2 - Maak een storyboard waarin je de verschillende shots en camerastandpunten tekent. Zorg dat alle besproken shots en camerastandpunten aanwezig zijn.
3 - Filmen!
4 - Monteren! Voeg muziek en titels toe. Bedenk waardoor kijkers kunnen zien welk genre je hebt.
5 - Terugkijken en reflecteren - bespreken van controlevragen.
Shots in genres
Wat is een genre?
Welke genres ken je?
Wat voor shots kunnen bij een genre passen en waarom?
Slide 20 - Diapositive
- Een genre is een categorie waarbinnen je kunstvormen kunt onderverdelen op basis van hun overeenkomsten.
- Voorbeelden van genres zijn: western, horror of actie. Maar ook romantiek, drama of thriller zijn genres.
- Bij bepaalde genres wordt gebruik gemaakt van dezelfde cameratechnieken. Zie de volgende 3 filmpjes als voorbeeld.
Slide 21 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Close-ups om emoties zoals angst te zien
Long shots van (enge) locaties
Spanningsopbouw met long shots en Jumpscares - een schrikmoment
Slide 22 - Diapositive
- In horrorfilms worden close-ups van personages gebruikt zodat je goed die trillende lip, of betraande ogen kan zien.
- Long shots van (enge) locaties zorgen voor een enge sfeer.
- In de spanningsopbouw van een horrorfilm worden long shots gebruikt met spannende muziek, wat uiteindleijk leidt tot een Jumpscare (een schrik-moment).
Slide 23 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Close-ups van ogen en geweren
Long shots van de omgeving
Shot waarbij je iemand van achteren ziet - over the shoulder shot
Slide 24 - Diapositive
- Close-ups van ogen zijn vaak een voorbode van een vuurgevecht. Leerlingen kunnen hier vast wel passende muziek bij bedenken.
- Westerns spelen zich af op specifieke locaties (in saloons, of op straat), daarom zijn shots van de omgeving belangrijk.
- De personages zijn half in beeld, zeker wanneer ze een vuurgevecht hebben gewonnen en vervolgens weglopen.
* Wanneer je een personage op de schouder kijkt is er sprake van een over the shoulder shot. De camera bevindt zich bijna letterlijk op de schouder van een personage.
Slide 25 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 26 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Close-ups om actie (gevechten) te benadrukken
Medium / Long shots om actie te tonen
Snelle wisselingen in montage
Slide 27 - Diapositive
- Binnen het actie-genre worden close-ups gebruikt om bepaalde handelingen te benadrukken, zoals het pakken van een pistool o.i.d.
- Actiescènes worden vaak van verder weg getoond (medium/long) zodat we de lichamelijke reactie kunnen zien van bijvoorbeeld een klap.
- Het geheim van stunts is een snelle wisseling in montage. Veel verschillende shots die elkaar opvolgen om stunts geloofwaardig te maken en om snelheid te laten zien.
Opnemen: denk aan
Hoe kan je de positie van de camera gebruiken in je filmpje. Wat wil je dat de kijker ziet?
Is de camera hoog of laag? Dichtbij of ver weg?
Slide 28 - Diapositive
Deze les ligt de nadruk op de plaatsing van de camera. Standpunten en perspectieven hebben invloed op de positie van de kijker in het verhaal. Gebruik je storyboard als houvast bij het filmen.
Algemene tips:
- Maak de shots niet te kort! Je kan ze altijd korter knippen in montage, niet langer maken.
- Neem ruim de tijd voor het monteren. Dit duurt altijd langer dan je denkt.
Filmplan & storyboard
Filmen
Monteren
Terugkijken & reflectie
Tijdschema: een indicatie
15 minuten
25 minuten
25 minuten
25 minuten
Slide 29 - Diapositive
Dit is een globale tijdsplanning zoals wij deze hebben gehanteerd. Het kan een houvast zijn bij het inplannen van de lessenreeks.
Reflectie
CAMERATECHNIEK: Wat hebben we geleerd?
Slide 30 - Diapositive
Elke les wordt afgesloten met een kort reflectie-moment. Deze bestaat uit een aantal interactieve vragen.
Welk shot is dit?
A
Close-up
B
Medium shot
C
Long shot
D
Point of view shot
Slide 31 - Quiz
Dit is een medium shot: er zijn personen vanaf hun middel in beeld.
Welk shot is dit?
A
Close-up
B
Medium shot
C
Long shot
D
Point of view shot
Slide 32 - Quiz
Dit is een close-up: we zijn dicht bij het onderwerp.
Welk shot is dit?
A
Close-up
B
Medium shot
C
Long shot
D
Point of view shot
Slide 33 - Quiz
Dit is een long shot: we zien veel en zijn ver weg. Hierdoor krijgen we een overzicht van de locatie.
Waarom worden er verschillende kaders gebruikt door filmmakers?
Slide 34 - Question ouverte
Elk shot doet een eigen bijdrage aan het verhaal en kan het verhaal dus op een eigen manier beïnvloeden.
Waar ga je de volgende keer op letten tijdens het filmen / monteren?
Slide 35 - Question ouverte
Reflectie: Wat ging er goed? Wat kan volgende keer beter?