HV2 January 7

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Which is correct?
A
He has won the lottery.
B
He have won the lottery.
C
He has win the lottery.
D
He have win the lottery.

Slide 2 - Quiz

Hoe ziet de Present Perfect er uit?
  • Have/has + voltooid deelwoord
  • Have: I, you, we, they
  • Has: he, she, it

Een voltooid deelwoord:

  • Regelmatig: hele werkwoord + ed   (walked)
  • Onregelmatig: 3e vorm    (meant)

Slide 3 - Diapositive

Dit zijn veel voorkomende onregelmatige werkwoorden (irregular verbs)
De hele lijst die je moet kennen staat op TB p149/150
to be - was/were - have been
to do - did - have done
to give - gave - have given
to say - said - have said
to see - saw -have seen



Slide 4 - Diapositive

Helen .............. ........................ here for 7 years.
A
have live
B
has lived
C
has live
D
have lived

Slide 5 - Quiz

Which is correct?
A
They have walked here.
B
They have walk here.
C
They has walk here.
D
They has walked here.

Slide 6 - Quiz

I (not - to be) in Paris before.

Slide 7 - Question ouverte

Postman Pat (just - to deliver) the letters.

Slide 8 - Question ouverte

(you - to finish) your homework yet?

Slide 9 - Question ouverte

Examples

Slide 10 - Diapositive

More examples
Let op dat je in het Nederlands in deze situaties vaak een gewone tegenwoordige tijd gebruikt + al
vb: Ik woon hier al een jaar.
I have lived here for a year (already).

Slide 11 - Diapositive

Vertaal: "Ik heb de bal getrapt"
(to kick)

Slide 12 - Question ouverte

Vertaal:
"Heb jij een mooie film gezien?"

Slide 13 - Question ouverte

Vertaal:
"Hij doet dit werk al een jaar"

Slide 14 - Question ouverte

Hoe ging dit?
A
De letters draaien voor mijn ogen
B
Het is best ingewikkeld
C
Dit is goed te doen
D
Dit is vervelend simpel

Slide 15 - Quiz

Ga nu verder met de weektaak
Lesson 3: 22-25 + practice more
Lesson 4: 28, 29, 30, 31, 34
Study words lesson 3 and 4

When done: Building on Basics (alleen verplicht voor V2)

Slide 16 - Diapositive