ch 2 cours 6 09 12

lijdend voorwerp meewerkend voorwerp
Euh ... hoe zat dat ook alweer?

O = wie/wat + gezegde (G) 

LV = wie/wat + G + O

MV = +/- aan wie/wat + G + O + LV 
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

lijdend voorwerp meewerkend voorwerp
Euh ... hoe zat dat ook alweer?

O = wie/wat + gezegde (G) 

LV = wie/wat + G + O

MV = +/- aan wie/wat + G + O + LV 

Slide 1 - Diapositive

stappenplan
  1. vertaal de zin
  2. wat is de PV
  3. wat is het O
  4. wat is het LV (onderstreep)
  5. wat is het MV (onderstreep)
  6. vervang het LV of MV
  7. zet het op de goede plaats

Slide 2 - Diapositive

Benoem de PV, het O en LV of MV in de onderstaande zin.

Hier au marché de Noël à Strasbourg, mon ami Quentin a acheté un joli cadeau de Noël pour sa copine Léa.

Slide 3 - Question ouverte

Vervang nu het LV door een persvnw.

Hier au marché de Noël à Strasbourg, mon ami Quentin a acheté un cadeau de Noël pour sa copine Léa.

Slide 4 - Question ouverte

BONJOUR V3B
BIENVENUE: 
EN ALSACE ET À STRASBOURG

Slide 5 - Diapositive

deux verbes
TB page 144:
réviser le verbe faire

TB page 26:
bloc G le verbe venir

Slide 6 - Diapositive

Chapitre 2: L'argent, ça va, ça vient..
Thème: L'argent et les boulots

  • Je kunt iets vertellen over zakgeld en bijbaantjes.
  • Je kunt iets kopen in een winkel.
  • Je kunt een voorwerp beschrijven.

Slide 7 - Diapositive

devoirs pour jeudi, 9 décembre
apprendre bloc G -
apprendre bloc D phrases clés
- faire ex. 26 C, D, E, F, G+ document opdracht vervanging lijdend voorwerp door persoonlijk vnw


Slide 8 - Diapositive

programme
- révision bloc C
- grammaire bloc C +
(ontkenning ) 
- grammaire objet direct - vervanging lijd.vw
- correction exercices
- expression orale

Slide 9 - Diapositive

correction
ex. 26 C, D, E, F, G+ document opdracht vervanging lijdend voorwerp door persoonlijk vnw

Slide 10 - Diapositive

1a. Les parents de Rania donnent de l'argent.
2a. Il va acheter un pull et un jean.
3a. Mon père a beaucoup aimé sa maman

1b. On vend beaucoup de spécialités aux touristes
2b. Yousef écrit un texto à sa copoine
3b. Le prof demande à Irène de donner la bonne réponse

Slide 11 - Diapositive

Lees herhaling oude stof:
 BB page 119 120 121: persvnw. + nieuwe stof: vervanging meevw en lijdvw


Slide 12 - Diapositive

bloc D Comment dire
page 25
- prononciation +
dialogue en classe

Slide 13 - Diapositive

Au travail!
ex. 26 B,C 
D, E, F, G

Slide 14 - Diapositive

bloc E
Petite boutique sur la plage
19, 20, 21

Slide 15 - Diapositive

devoirs pour vendredi 10 décembre
apprendre blocs C, D, G
faire ex. 19, 20, 21

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

objet direct in ontkenning
regel: meewvw voor persoonsvorm
- ne (objet) (persoonsvorm)...pas
je ne lui donne pas 
- je ne lui ai pas donné
behalve: als er een heel werkwoord in de zin staat, dan voor het hele werkwoord
je ne vais pas lui donner  ( ex 14A)

Slide 18 - Diapositive