Thema 12 Vriendschap Taak 2

Thema 12 Vriendschap Taak 2
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Thema 12 Vriendschap Taak 2

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk
Wat moest je doen? 
  • Woordposters met 3 woorden.

  • Bronnen thema vriendschap af. 


Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen:
Aan het eind van de les:
Ken je 10 nieuwe woorden bij thema vriendschap.
Kun je een tekst schrijven over een vriend(in).
Kun je met klasgenoten praten over je vriend(in).

Slide 3 - Diapositive

Doordat
  • vanwege de oorzaak dat
  • Door iets



Doordat het regent kunnen wij niet buiten voetballen.

Slide 4 - Diapositive

Doorvertellen
  • iets wat iemand aan jou heeft verteld, ook aan iemand anders vertellen

Mijn vriendin heeft mijn geheim doorverteld.

Slide 5 - Diapositive

erover
  • over datgene wat eerder genoemd is

De film was super cool, ik ga je erover vertellen.

Slide 6 - Diapositive

de fan
  • iemand die een beroemde persoon of groep heel goed vindt

Mijn zusje is fan van Taylor Swift.

Slide 7 - Diapositive

de geboorte
  • de keer dat een kind of dier wordt geboren


De geboorte van mijn zusje duurde heel lang.

Slide 8 - Diapositive

Het geboorteland

  • het land waarin je bent geboren


Mijn geboorteland in Nederland

Slide 9 - Diapositive

Het gips
  • een witte stof die je mengt met water en in een bepaalde vorm brengt, waarna de stof droogt en hard wordt

Toen mijn been was gebroken, moest er gips omheen

Slide 10 - Diapositive

de hekel
  • het gevoel dat je iets of iemand heel vervelend vind



Ik heb een hekel aan spinnen.


Slide 11 - Diapositive

huilen
  • tranen uit je ogen laten komen omdat je verdrietig of blij bent


De jongen is verdrietig en moet huilen.


Slide 12 - Diapositive

iemand
  • een persoon



Kan iemand mij helpen?


Slide 13 - Diapositive

de jas
  • een persoon



Kan iemand mij helpen?


Slide 14 - Diapositive

Wat gaan we doen?
1. Schrijf een tekst over een vriend of vriendin.
2. Schrijf over hoe jou vriend of vriendin eruitziet.
3. Vertel de klas over jouw vriend of vriendin.

Schrijf alles eerst op papier en dan in DISK!

Slide 15 - Diapositive

1. Schrijf over een goede vriend of vriendin uit je geboorteland.
  1. Hoe heet hij of zij?
  2. Hoe oud is hij of zij?
  3. Hoe lang ken je hem of haar al?
  4. Hoe heb je hem of haar leren kennen?
  5. Wat deden jullie samen?
  6. Heb je nu nog contact? Nee? Waarom niet? Ja? Hoe?
Klaar? Aan mij laten zien. 

Slide 16 - Diapositive

Mijn vriendin op Aruba heet Angelique en ze is 57 jaar. We hebben elkaar ontmoet op het werk. Zij werkte al bij het hotel waar ik in 1993 ging werken en toen zijn we vriendinnen geworden. We zijn nu al meer dan 30 jaar vriendinnen. We zagen elkaar elke week, omdat we ook vlak bij elkaar woonden. Meestal ging ik thee drinken bij haar en dan praatten we ook over ons werk. 
Goed!
1. Angelique
2. 57 jaar
3. meer dan 30 jaar.
4. Op het werk.
5. thee drinken, zwemmen, wandelen, naar de film etc.
Niet goed!
Maak met de vragen een tekst!

Slide 17 - Diapositive

2. Beschrijf hoe jou vriend/vriendin eruitziet
Denk aan:

  • Wat voor kleren?
  • Wat voor haar?
  • Wat voor ogen?
  • Is hij/zij groot of klein? 

Slide 18 - Diapositive

3. Vertellen over je vriend of vriendin
Vertel wat je net hebt geschreven over je vriend of vriendin.

Slide 19 - Diapositive