les 2 par. 1.2 Veiligheid

• Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 1

 Stoffen en mengsels 

paragraaf 1.2

● Leerdoelen bespreken

● Terugblik: ..............

● Uitleg: ..............

● Zelfstandig werken

● Leerdoel behaald?

Welkom bij NaSk2

TELEFOON thuis of 

in de kluis.

LAPTOP in je tas.

Leg je spullen op tafel

Wat gaan we doen?

Beginpagina met timer

Plaatje aanpassen aan het onderwerp van de les.

Wat hebben we de vorige les gedaan?

Welke doelen stonden centraal?

Wat weten we er nog van?

in de tas.

Laptop 

Stoffen en mengsels

NaSk2  3Mavo

sels

bij

bij

in de tas.

Laptop 

Doelen par. 1.2

Veiligheid

Je leert:

*Je kent de  pictogrammen van gevaarlijke stoffen en kan deze opzoeken (tabel 39  Binas)

*Je kan werken met tabel 40 van Binas: Gevaarlijke chemicaliën

*Je kent de basisregels van veilig practicum .

*Je kent de eigenschappen en toepassingen van de verschillende vlammen van de brander.

*Je kent de namen van de verschillende laboratorium materialen 

0

Pictogrammen 

• Een pictogram is een symbool of afbeelding die de plaats inneemt van een tekst. 
• In tabel 39 van Binas staan alle pictogrammen die je moet weten
• Pak deze tabel erbij voor de volgende vragen. 

Etiketten

Op de etiketten van chemicaliën

kun je informatie vinden over de 

stof. Hiernaast het etiket van 

wasbenzine.

Wat betekent pictogram C?

1. giftig
2. schadelijk/irriterend
3. bijtend/corrosief
4. slecht voor de gezondheid

Cement is irriterend voor de huid, luchtwegen en ogen. Welk pictogram moet op een zak cement staan?

1. 
2. 
3. 
4. 

Chemiekaarten

Uitgebreide informatie over een stof is te vinden op een chemiekaart.

Als je geïnteresseerd bent in chemiekaarten van stoffen dan kun je die opzoeken op internet.

H- en P- zinnen

Gevaren en voorzorgsmatregelen worden ook met H- en P-zinnen aangegeven.
H-zinnen (H van hazard) en P-zinnen (P van precaution) volgens Globally Harmonised System of Classification and Labelling of Chemicals (GHS) die in de Europese Unie gebruikt wordt kun je vinden op internet.

H-zinnen (H van hazard): geven aan wat de gevaren van een stof zijn.

P-zinnen (P van precaution): geven aan hoe je veilig met een stof kan 

                                               om gaan.

Maak voor de volgende vragen gebruik van tabel 40 uit Binas  'Gevaarlijke chemicaliën'

Weten:   

De MAC waarde van een stof staat voor :

Maximaal Aanvaardbare Concentratie in mg/m3 lucht.

Wat is de MAC waarde van chloor?

1. 240 mg/m3lucht
2. 3 mg/m3 lucht

Er wordt een meting gedaan naar de concentratie van het giftige koolstofmono-oxide in een ruimte. De gemeten waarden is 80mg/cm3 lucht

1. Deze meting zit onder de MAC waarde van CO
2. Deze meting ligt boven de MAC waarde van CO

De volgende dia's en vragen gaan over het gebruik van de  brander 

Wat is de functie van
onderdeel C

1. gas toevoer regelen
2. lucht toevoer regelen

De gele vlam gebruiken wij

1. Als pauze vlam, hij is goed zichtbaar
2. Als pauze vlam omdat dit goedkoper is
3. Om stoffen te verwarmen
4. Om stoffen zo snel mogelijk te verwarmen

Wat is het nadeel van het
gebruik van de gele vlam ?

1. je ziet hem slecht
2. Als je iets verwarmt met de gele vlam wordt het zwart

Wat is het nadeel van de blauwe stille vlam ?

1. Je ziet en hoort hem slecht
2. We kunnen hem voor de meeste proefjes niet gebruiken , hij is te heet.

Wat is het nadeel van de
ruisende vlam?

1. Je ziet en hoort hem slecht
2. Hij is voor de meeste proefjes niet toepasbaar, hij is te heet.

Onderzoek doen blz. 21

Reageerbuisknijper

Kroezentang 

Erlenmeyer

maatcilinder

driepoot

indampschaaltje

Zelfstandig werken

Je maakt zelfstandig opdracht

Je kan nu aan de slag met de vragen uit het werkboek van paragraaf 1.2

 Succes !

En natuurlijk:

Heb je vragen: stel ze mij :) 

Evaluatie

Hoe ging de les? Heb je nog vragen of vind je nog iets lastig? 

Lesdoelen je weet wat:

* Je kent de meest voorkomende pictogrammen van gevaarlijke stoffen en kan deze opzoeken in tabel 39 van Binas.

*Je kan werken met tabel 40 van Binas: Gevaarlijke chemicaliën

*Je kent de basisregels van veilig practicum doen.

*Je kent de eigenschappen en toepassingen van de verschillende vlammen van de brander.

Je kent de namen van de verschillende laboratorium materialen