Nederlands - Woordenschat - DE - H6

• Burgerschapsonderwijs
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

NEDERLANDS

WOORDENSCHAT DIENSTVERLENING EN ECONOMIE

6. DE RECEPTIE

Maak opdracht 1

bladzijde 96 en 97

Onderstreep de woorden die gaan over het werk dat Natasha doet in de tekst bij opdracht 1.

Wat doet een receptiemedewerker?

DE RECEPTIE

Bladzijde 97 en 98

Welke woorden passen bij de plaatjes?

Maak opdracht 2 t/m 11

bladzijde 99 t/m 102

Welke zin klopt?

1. Als receptiemedewerker hoef je niet te letten op je houding en manieren.
2. Bij de receptie ontvang je bezoekers, die soms een afspraak hebben.
3. Als receptiemedewerker mag je vaak afwezig zijn.
4. Van dienst zijn betekent dat je mensen iets aanbiedt.

DE RECEPTIE 2

Bladzijde 103 en 104

Dit is een voorbeeld van:

1. Navragen
2. Een klacht indienen
3. Een legitimatiebewijs
4. Aanmelden

Dit is een voorbeeld van:

1. Een klacht indienen
2. Navragen
3. Informatie vragen
4. Een legitimatie

Bekijk het filmpje.

• Welke receptietaken heb je gezien?
• Lijkt het werk jou leuk?

Maak opdracht 12 t/m 20

bladzijde 104 t/m 110

Bij opdracht 18

Bespreek samen de antwoorden.

Waar gaan de plaatjes over?

Voor welke reactie zou jij kiezen en waarom?

Maak opdracht 21

bladzijde 110

       Maak een kloppende zin met het woord.

Wat vond je belangrijk om te leren?