1KLT week 14

Woensdag 
1. Toetsweek? 
2. Feedback brieven Grieks 
3. Korte herhaling behandelde grammatica
4. Zelfstandig naamwoorden 


1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
LatijnGrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Woensdag 
1. Toetsweek? 
2. Feedback brieven Grieks 
3. Korte herhaling behandelde grammatica
4. Zelfstandig naamwoorden 


Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Je kunt de lidwoorden in het Grieks herkennen en benoemen.
Je leert het zelfstandig naamwoord te herkennen. 

Slide 2 - Diapositive

1. Toetsweek 
Hoe ging de toets?
Inhalers?

Slide 3 - Diapositive

2. Feedback brieven 
Te vinden via ELO-opdrachten 
10p te verdienen, gelijk aan het cijfer 
Complimenten en verbeterpunten

Slide 4 - Diapositive

3. Korte herhaling lidwoorden:
Hoe zien de lidwoorden eruit? 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Lesdoel toetsen 
Je kunt de lidwoorden in het Grieks herkennen en benoemen.
timer
1:00

Slide 7 - Diapositive

ὁ καμηλος is:

A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
het is geen znw

Slide 8 - Quiz

τὸ θηρίον is:
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
het is geen znw

Slide 9 - Quiz

ἡ δουλη is:

A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
D
het is geen znw

Slide 10 - Quiz

τα δωρα
A
nominatief
B
accusatief

Slide 11 - Quiz

την μαχην =
A
nominatief mannelijk
B
accusatief vrouwelijk
C
nominatief vrouwelijk
D
accusatief onzijdig

Slide 12 - Quiz

οἱ δουλοι
A
nominatief onzijdig
B
accusatief vrouwelijk
C
nominatief mannelijk
D
accusatief onzijdig

Slide 13 - Quiz

Lesdoel was: 
Je kunt de lidwoorden in het Grieks herkennen en benoemen.

Slide 14 - Diapositive

4.  Zelfstandig naamwoorden
Je leert het zelfstandig naamwoord te herkennen. 

Slide 15 - Diapositive

Het zelfstandig naamwoord (ofwel substantief)
  • Krijgt in het Grieks (zoals je weet) een lidwoord 
  • Het geslacht, getal en naamval bepaal je adhv het lidwoord of de uitgang 
  • De zelfstandig naamwoorden zijn net als het Latijn ingedeeld in klassen
  • Jullie leren nu de eerste klasse (-α/η/-ο groep)  
  • De naamwoorden die je leert staan op p. 10 

Slide 16 - Diapositive

Vrouwelijk zelfstandig naamwoord (-α/-η) 
-Vergelijk de uitgang met het lidwoord. Wat valt er op?
 
-Wat betekent de ρει-regel ook weer?

Slide 17 - Diapositive

Onzijdig zelfstandig naamwoord (-o)
Wat maakt het onzijdig rijtje makkelijker te leren?

Slide 18 - Diapositive

Mannelijk zelfstandig naamwoord (-o-)
-Vergelijk de uitgang met het lidwoord. Wat valt er op?
 

Slide 19 - Diapositive

Mannelijk zelfstandig naamwoord(-α/-η) 
-De rijtjes lijken qua vorm op...
-Hoe zie je toch dat het mnl woorden zijn? 

Slide 20 - Diapositive

Zelfstandig naamwooorden herkennen (=lesdoel)

Schrijf van tekst 2B, regel 4 en 6, de zelfstandig naamwoorden over en schrijf erbij: 
-naamval
-geslacht
-getal

Slide 21 - Diapositive

Donderdag 
Eerst: proefwerk toetsweek bespreken 

1. Religie: introductie 
2. Dagelijkse rituelen 
3. De godenwereld 
4. Werktijd 

Slide 22 - Diapositive

Lesdoelen: Je kunt 
☐de dagelijkse godsdienstige rituelen binnen een Romeinse gezin beschrijven.
☐vormen van bijgeloof bij de Romeinen en in de huidige samenleving opsommen.
☐de voornaamste Romeinse goden en godinnen herkennen aan hun attributen, hun namen weergeven en het domein benoemen waarin ze actief zijn.
☐de band tussen de Romeinse godsdienst en andere religies aanduiden.

Slide 23 - Diapositive

1. Religie 
-Wat houdt religie precies in? 
-Wat betekent religie voor jou/jullie? 
---Is dat altijd hetzelfde geweest? 
-Op welke manier(en) kun je religie beoefenen? 

Slide 24 - Diapositive

1. Religie 
Definities:
-het geheel van de plechtigheden, leerstellingen van een godsverering
-geloof,
-Onder religie (van het Latijnse religio) wordt gewoonlijk een van de vele vormen van zingeving, of het zoeken naar betekenisvolle verbindingen verstaan, waarbij meestal een hogere macht, opperwezen of god centraal staat, gebaseerd op geloven in de leer van de religie
(religare=verbinden: band god<->mens)

Slide 25 - Diapositive

2. Hoe beoefende een Romein godsdienst? 
  • Waar? Thuis: Lararium 
    -Lares
    -Penates
    -Vesta
    -Imagines
  • Hoe? Wierook, voedsel
  • Vraag 1 en 2 in boek

Slide 26 - Diapositive

Ook typisch Romeins 
  • Fortuna: godin van het lot 
  • Bijgeloof (bijv. zwarte hond zien)
  • Amulet tegen boze oog
  • Vraag 3 in cultuurboek

Slide 27 - Diapositive

Het vereren van de goden 
  • Bij tempels 
  • Met offers: Do ut des 'Ik geef met de bedoeling dat u geeft'
  • Gebeden: voorbeeld cultuurboek lezen en vraag 4 in boek

Slide 28 - Diapositive

3. De samenstelling van de Romeinse goden (=pantheon) 
  • Niet van de ene op de andere dag 'ontstaan'
  • Etruskische invloeden  
  • Voorspellingen (filmpje)

Slide 29 - Diapositive

3. De samenstelling van de Romeinse goden (=pantheon) 
  • Een andere belangrijke bron van inspiratie...?
  • De Grieken! Vanaf ongeveer vijfde eeuw v.Chr. 
  • Hoe? 
  • Wat namen ze over? 

Slide 30 - Diapositive

3. Maar dat was nog niet alles...
  • Door militaire expansie in aanraking met andere culturen 
  • Isiscultus  
  • Egyptische godin
  • Verbonden met landbouw
  • Verering met veel muziek 

Slide 31 - Diapositive

3. Maar dat was nog niet alles...
  • Door militaire expansie in aanraking met andere culturen 
  • Mithrascultus 

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Vidéo

3. Maar dat was nog niet alles...
  • Door militaire expansie in aanraking met andere culturen 
  • Christendom 
  • In 4e eeuw na Chr. officiële staatsgodsdienst 

Slide 34 - Diapositive

4. Werktijd 
Cultuurboek lezen, p. 10-13
Opgaven maken leerwerkboek,p.76-77 

Slide 35 - Diapositive