Tentamenvoorbereiding Woordenschat (totaal)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Voorbereiding 

Tentamen woordenschat (1)

Leerstof  SE-week 1

Woordraadstrategieën (zie filmpje H1)

Hoofdstuk 1 Woordenschat + woordenlijst H1

Hoofdstuk 2 Woordenschat + woordenlijst H2

Hoofdstuk 3 Woordenschat + woordenlijst H3

Hoofdstuk 4 Woordenschat + woordenlijst H4

Hoe lang mag een omschrijving van een woord zijn?

1. slechts één woord
2. slechts twee woorden
3. een aantal woorden
4. oneindig veel woorden

Uit hoeveel woorden bestaat een synomiem voor een ander woord? Noem een getal.

Synoniem voor 'groot'

Welke voorvoegsels bij 'kennen' zijn juist? Er zijn meer antwoorden goed.

1. verkennen
2. onkennen
3. niet kennen
4. bekennen

Voorvoegels bij 'kijken'

Welke achtervoegsel(s) bij 'kans' is/zijn juist?

1. kansvol
2. kansrijk
3. kanslijk
4. kansspel

Achtervoegsel bij 'eer'

Wat is het verschil tussen letterlijk en figuurlijk taalgebruik?

Hij heeft een hart van goud.

1. Letterlijk taalgebruik
2. Figuurlijk taalgebruik

Hij maakte een rommeltje van zijn bureau.

1. Letterlijk taalgebruik
2. Figuurlijk taalgebruik

Voorbereiding 

Tentamen woordenschat (2)

Leerstof  SE-week 1

Woordraadstrategieën (zie filmpje H1)

Hoofdstuk 1 Woordenschat + woordenlijst H1

Hoofdstuk 2 Woordenschat + woordenlijst H2

Hoofdstuk 3 Woordenschat + woordenlijst H3

Hoofdstuk 4 Woordenschat + woordenlijst H4

Samenstelling of voor/achtervoegsel?

Bij een samenstelling maak je van twee bestaande woorden een nieuw woord.

Voetbal + trainer = voetbaltrainer

Voor- en achtervoegsels kunnen niet als los woord voorkomen.

Ze worden voor of achter een bestaand woord gezet.

on + diep = ondiep               her + openen = heropenen

geld + nood = geldnood

1. Dit is een samenstelling
2. Er wordt een voorvoegsel gebruikt
3. Er wordt een achtervoegsel gebruikt

geld + ig = geldig

1. Dit is een samenstelling
2. Er wordt een voorvoegsel gebruikt.
3. Er wordt een achtervoegsel gebruikt.

Bedenk een samenstelling met het woord 'nacht'.

Bedenk een voorvoegsel of achtervoegsel bij 'nacht'.

Woordenboekopzoekvaardigheid

Wist je dat in een woordenboek...

- woorden altijd op alfabetische volgorde staan?

- afkortingen aan het begin van een nieuwe letter staan?

           (dus z.g.a.n. zoek je bovenaan bij de letter Z)

- vervoegingen van werkwoorden bij de infinitief staan?

- spreekwoorden en uitdrukkingen bij het eerste zelfstandig naamwoord of       het belangrijkste woord staan?

- altijd de enkelvoudsvorm staat?

Waar zoek je in een woordenboek de betekenis van: 'iemand iets op het hart drukken'?

1. bij iemand
2. bij iets
3. bij hart
4. bij drukken

Waar zoek je in een woordenboek naar de betekenis van het onderstreepte woord?

Wij hebben geld in crypto's geïnvesteerd.

Waar zoek je in een woordenboek naar de betekenis van het onderstreepte woord?

Deze aandelen zijn veel geld waard.

Wat is een tegenstelling
van armoede?

Vul een tegenstelling in de zin in voor het onderstreepte woord:

De opgewekte jongen liep fluitend naar huis.

Had je woordenlijst 1 en 2 geleerd voor de eerste SO?

ja

nee

een klein beetje

Had je woordenlijst 3 en 4 geleerd voor de tweede SO?

ja

nee

een klein beetje