Luisteropdracht -> Welke Franse zinnen zijn waar volgens het luisterfragment?
Vocabulaire -> Kies het juiste woord in de zin
Grammatica -> Gram D. -> kies uit du / de la / de l' / des / au / à la / aux ....
Gram H. vervoeg het werkwoord op -ir (présent en passé composé)
Phrases-clés -> 1) letterlijk vertalen & 2) appje sturen naar vriendin over wat je in het weekend wilt doen (activiteiten, eten)
Leesopdracht (2 teksten) -> waar niet waar & meerkeuze
Vocabulaire -> woorden uit tekst vertalen