Verdiepende vragen over hechting

Verdiepende vragen over hechting

Leerdoel

Aan het eind van de les kun je verdiepende vragen over hechting beantwoorden.

Leg het leerdoel uit aan de leerlingen en maak ze enthousiast voor wat ze gaan leren.

Wat weet je al over hechting?

Wat is hechting?

Hechting is de emotionele band tussen een kind en zijn verzorger.

Leg kort uit wat hechting is en vraag de leerlingen of ze hier al bekend mee zijn.

Verschillende hechtingsstijlen

Er zijn vier verschillende hechtingsstijlen: veilig, vermijdend, ambivalent en gedesorganiseerd.

Leg kort uit wat de verschillende hechtingsstijlen betekenen en geef voorbeelden.

Factoren die invloed hebben op hechting

Er zijn verschillende factoren die invloed hebben op hechting, zoals de kwaliteit van de verzorging en de persoonlijkheid van het kind.

Beschrijf de factoren en vraag de leerlingen of ze nog meer voorbeelden kunnen bedenken.

Waarom is hechting belangrijk?

Hechting is belangrijk voor de ontwikkeling van het kind, omdat het invloed heeft op hoe het kind later relaties aangaat.

Leg uit waarom hechting zo belangrijk is en vraag de leerlingen of ze nog meer redenen kunnen bedenken.

Verdiepende vragen

Hier zijn een paar verdiepende vragen die je zou kunnen beantwoorden:
- Hoe kan een kind met een vermijdende hechtingsstijl geholpen worden?
- Wat zijn de gevolgen van een gedesorganiseerde hechtingsstijl?
- Hoe kan een ouder de hechting met zijn kind versterken?

Geef de leerlingen de tijd om deze vragen te beantwoorden en bespreek de antwoorden klassikaal.

Oefening

Verdeel de leerlingen in groepjes en geef ze een scenario waarin hechting een rol speelt. Laat ze bedenken wat er zou kunnen gebeuren en hoe het kind zou kunnen reageren.

Geef de leerlingen de tijd om de oefening te doen en bespreek de uitkomsten klassikaal.

Samenvatting

Hechting is de emotionele band tussen een kind en zijn verzorger. Er zijn vier verschillende hechtingsstijlen en verschillende factoren die invloed hebben op hechting. Hechting is belangrijk voor de ontwikkeling van het kind.

Vat de belangrijkste punten van de les samen en vraag de leerlingen of ze nog vragen hebben.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.