Cognitieve ontwikkeling

Cognitieve ontwikkeling p 58
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
Sociale wetenschappenSecundair onderwijs

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Cognitieve ontwikkeling p 58

Slide 1 - Diapositive

Wat is een synoniem voor cognitief?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Een baby past de zuigreflex zoals hij drinkt van de borst toe op de speen van een fles.
A
accomodatie
B
assimilatie

Slide 8 - Quiz

De baby merkt dat hij zijn zuigen aan een speen anders is dan van de borst. Hij moet zich aanpassen.
A
assimilatie
B
accomodatie

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

pas het proces van adaptatie toe p 59

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

2.2 sensomotorische fase P59
  • eerste fase cognitieve ontwikkeling (0-2 jaar)
  • leren door waar te nemen ( sensorisch)
  • leren door te doen ( motorisch)
  • nog niet denken

Slide 13 - Diapositive

5 stappen sensomotorische fase

  • reflexhandelingen
  • primaire circulaire handelingen
  • secundaire circulaire reacties
  • intentioneel handelen
  • tertiaire circulaire reacties

Slide 14 - Diapositive

0-1 maand: reflexhandelingen
  • zuigelingenreflexen
  • eerste vorm van adaptatie

Slide 15 - Diapositive

1-4 maanden: primaire circulaire reacties
  • Eenvoudige bewegingen opnieuw uitvoeren
  • Aangenaam gevoel
  • Eigen lichaam herkennen
  • Eerst toeval, dan herhalen

Slide 16 - Diapositive

4-8 maanden: secundaire circulaire reacties
  • oog-handcoördinatie is beter
  • herhaling toevallige handelingen --> effect
  • handelingen hebben effect

Slide 17 - Diapositive

8-12 maanden: intentioneel handelen
  • doelbewust handelen
  • geen toevallige handelingen meer
  • de baby weet wat gaat volgen
  • eerste vorm van denken

Slide 18 - Diapositive

Kijkvragen
1. Wat is een cognitief schema?
2. Wat is objectpermanentie

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Wat is objectpermanentie
A
Wanneer een voorwerp uit het beeld verdwijnt bestaat het voorwerp niet meer.
B
Wanneer een voorwerp uit beeld verdwijnt bestaat het voorwerp nog steeds.

Slide 21 - Quiz

Wat is een cognitief schema?

Slide 22 - Question ouverte

objectpermanentie
voorwerpen en personen blijven bestaan, ook al zijn ze niet aanwezig of zichtbaar

Slide 23 - Diapositive

12-18 maanden: tertiaire circulaire reacties
  • sterk exploratiedrang
  • Herhaling van handelingen
  • variatie
  • nieuwe effecten

Slide 24 - Diapositive

Herhaling van toevallige handelingen
A
reflexhandelingen
B
primaire circulaire reacties
C
secundaire circulaire reacties
D
intentioneel handelen

Slide 25 - Quiz

De bewegingen zijn beperkt tot de zuigelingenreflexen.
A
reflexhandelingen
B
primaire circulaire reacties
C
secundaire circulaire reacties
D
intentioneel handelen

Slide 26 - Quiz

Eerste vorm van denken. Een baby krijst omdat hij uit zijn bedje wil genomen worden.
A
reflexhandelingen
B
primaire circulaire reacties
C
secundaire circulaire reacties
D
intentioneel handelen

Slide 27 - Quiz

Er ontstaat objectpermanentie
A
reflexhandelingen
B
primaire circulaire reacties
C
secundaire circulaire reacties
D
intentioneel handelen

Slide 28 - Quiz

Eenvoudige bewegingen opnieuw uitvoeren zoals handjes openen en sluiten
A
reflexhandelingen
B
primaire circulaire reacties
C
secundaire circulaire reacties
D
intentioneel handelen

Slide 29 - Quiz

2.3 kritieken op piaget
  • theorie uit observatie kleine groep kinderen
  • eigen kinderen werden geobserveerd
  • nieuwe onderzoeksmethodes: vaardigheden op jongere leeftijd

Slide 30 - Diapositive

Psychologen volgen nog de theorie
actieve onderzoeker
creëert zelf kennis 

Slide 31 - Diapositive

2.4 taalontwikkeling in de babytijd
  • praten nog niet
  • leren taal
  • experimenteren met stemgeluiden
  • eerste woorden en zinnen begrijpen

Slide 32 - Diapositive

2.4 taalontwikkeling p 63
1. Huilen
2. Vocaliseren
3. Vocaal spel
4. Brabbelfase

Slide 33 - Diapositive

fase 1=Huilen
  • Enige manier van communiceren
  • Signaal aan volwassene

Slide 34 - Diapositive

fase 2= Vocaliseren
  • na zes weken
  • korte of lange klinkers : eh, e, aaaaa
  • ouders zeggen best iets terug = dialoog

Slide 35 - Diapositive

fase 3= vocaal spel
  • vanaf vier maanden
  • combinatie met medeklinkers
  • mamama
  • dadada
  • overaal gelijk in de wereld

Slide 36 - Diapositive

fase 4= brabbelfase
  • 7-8 maanden
  • meer intonatie
  • klanken uit de moedertaal
  • begrijpen van eenvoudige zinnen ( Bv kom bij mama)

Slide 37 - Diapositive

eerste woordjes in de peutertijd =

Slide 38 - Diapositive

Vanaf 4 maand maakt het kind de combinatie klinkers en medeklinkers: mamama, dadada
A
Vocaliseren
B
Vocaal spel

Slide 39 - Quiz

Vanaf 7 - 8 maanden begrijpt de baby eenvoudige zinnen
A
Vocaal spel
B
Brabbelfase

Slide 40 - Quiz

Wat is de eerste en enige manier van communiceren?

Slide 41 - Question ouverte

Na zes weken maakt de baby geluidjes: korte en lange klinkers
A
Vocaliseren
B
Vocaal spel

Slide 42 - Quiz

1

Slide 43 - Vidéo

Volwassenen hebben de neigen om hun stem- een taalgebruik aan te passen = moederees of kindgerichte spraak


Slide 44 - Diapositive

00:00
Geef tips om de taalontwikkeling van de baby te stimuleren

Slide 45 - Question ouverte

1

Slide 46 - Vidéo

00:00
Wat zijn kenmerken van die manier van praten?

Slide 47 - Question ouverte