3.2 + 3.3 De formule van een lijn opstellen (herhaling) + 3.4 De balansmethode
Los op met de balansmethode.
6t + 7 = 49
6t = 42
t = 7
:6
- 6t
- 6t
:6
- 7
- 7
- 6
- 6
- 7t
- 7t
1 / 13
La durée de la leçon est: 80 minÉléments de cette leçon
Los op met de balansmethode.
6t + 7 = 49
6t = 42
t = 7
:6
- 6t
- 6t
:6
- 7
- 7
- 6
- 6
- 7t
- 7t
Slide 1 - Question de remorquage
Los op met de balansmethode.
4t - 8 = 12
4t =
t =
:4
+ 8
+8
:4
- 8
- 8
1
5
20
+4t
Slide 2 - Question de remorquage
Los op met de balansmethode.
-3t + 12 = 27
=
=
=
-3
-12
-12
:-3
15
-5
t
5
15
+4t
Slide 3 - Question de remorquage
In y = ax + b is de a
A
het getal waar de grafiek van deze formule door de x-as gaat
B
de richtingscoëfficiënt
C
de horizontale as
D
het getal waar de grafiek van deze formule door de y-as gaat
Slide 4 - Quiz
In de formule K = aq + b is de q
A
de richtingscoëfficiënt
B
het getal waar de grafiek door de y-as gaat
C
tezamen met K de variabelen in de formule
D
Het getal waar de grafiek door de x-as gaat
Slide 5 - Quiz
De laatste stap van de balansmethode is altijd delen door het getal dat voor de variabele staat.
A
nee
B
ja
C
misschien
D
kweenie
Slide 6 - Quiz
De oplossing van de vergelijking 5c - 12 = 8 is
A
c = 5
B
c = 4
C
c = 6
D
c = 3
Slide 7 - Quiz
De oplossing van de vergelijking 64 = 3k - 2 is
A
k = 20
B
k = -20
C
k = 22
D
k = -22
Slide 8 - Quiz
De richtingscoëfficiënt van een lijn is
de verticale verplaatsing
gedeeld door de horizontale verplaatsing
Bereken de richtingscoëfficiënt van lijn m
De richtingscoëfficiënt is......
de verticale verplaatsing
gedeeld door de horizontale verplaatsing
Bereken de richtingscoëfficiënt van lijn m
De richtingscoëfficiënt is......
A
De richtingscoëfficiënt is 2,5
B
De richtingscoëfficiënt is 1
C
De richtingscoëfficiënt is 2
D
De richtingscoëfficiënt is 0,4
Slide 9 - Quiz
Bij de rode lijn k hoort een formule
van de vorm y = ax + b
Wat is de formule van lijn k?
van de vorm y = ax + b
Wat is de formule van lijn k?
A
y = x + 1/2
B
y = x + 2
C
y = -x -1
D
y = 2x -1
Slide 10 - Quiz
Los op
5(x - 1) = 2x + 4
De waarde van de x is...
5(x - 1) = 2x + 4
De waarde van de x is...
A
x = 1/7
B
x = 3
Slide 11 - Quiz
Gegeven is de formule y= -4x + 7
Ligt het punt A(3,-5) op de grafiek?
Ligt het punt A(3,-5) op de grafiek?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Een echte denkvraag! tip: maak een vergelijking en bereken de x waarde.
Het linkerlid van de vergelijking ziet er zo uit: 1,5 - 0,05x = bedenk hoe het rechterlid er uit ziet en bereken de x waarde.
Een bos tulpen wordt in een vaas met 1,5
liter water gezet. Een bos rozen wordt in een vaas met 1,8
liter gezet. De tulpen hebben per dag 0,05
liter water nodig en de rozen 0,08 liter.
Na hoeveel dagen zit er evenveel water in de vazen?
Het linkerlid van de vergelijking ziet er zo uit: 1,5 - 0,05x = bedenk hoe het rechterlid er uit ziet en bereken de x waarde.
Een bos tulpen wordt in een vaas met 1,5
liter water gezet. Een bos rozen wordt in een vaas met 1,8
liter gezet. De tulpen hebben per dag 0,05
liter water nodig en de rozen 0,08 liter.
Na hoeveel dagen zit er evenveel water in de vazen?
A
Dat weet ik niet want ik
heb geen verstand van
tulpen en rozen.
B
na 8 dagen
C
na 12 dagen
D
na 10 dagen
