Station taalverzorging KGT2 perron2

Taalverzorging VK2 perron 2 De Rooi Pannen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Taalverzorging VK2 perron 2 De Rooi Pannen

Slide 1 - Diapositive

Opdracht uit het boek
We maken opdr. 1 samen (blz. 21)

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

samenvatting
1. persoonsvorm                     tijdproef
2. werkwoordelijk gez.         pv + andere ww (als die er zijn)
3. onderwerp                            WIE/wat + werkwoordelijk gezegde

Slide 4 - Diapositive

Wat is de pv in de zin?
De Olympische zomerspelen werden in 2008 in Peking gehouden.
A
de
B
werden
C
in 2008
D
gehouden

Slide 5 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
De Olympische zomerspelen werden in 2008 in Peking gehouden.
A
werden
B
werden in Peking
C
gehouden
D
werden gehouden

Slide 6 - Quiz

Wat is het onderwerp?
De Olympische zomerspelen werden in 2008 in Peking gehouden.
A
De Olympische winterspelen
B
werken
C
in 2008
D
in Peking

Slide 7 - Quiz

Wat is de pv?
Sotsji ligt in Rusland?

Slide 8 - Carte mentale

Wat is het wwg?
Sotsji ligt in Rusland.

Slide 9 - Carte mentale

Wat is het onderwerp?
Sotsji ligt in Rusland.

Slide 10 - Carte mentale

Opdrachten uit het boek
maken: blz. 22
opdr. 3 (afmaken) en 4 (zonder het  lv)

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

samenvatting
1. persoonsvorm                    tijdproef
2. werkwoordelijk gez.        pv + andere ww (als die er zijn)
3. onderwerp                           WIE/wat + werkwoordelijk gezegde?
4. lijdend voorwerp               Wie/WAT + wwg + ow?
                                                        * Het lv begint nooit met een vz.
                                                        * Het lv is nooit een hoeveelheid of 
                                                            afstand.

Slide 13 - Diapositive

opdrachten uit het boek
maken: blz. 24, 25 en 35
opdr. 4 ( alleen nog het lv), 5 en 18

Slide 14 - Diapositive

Is jarig een werkwoord of geen werkwoord?
A
werkwoord
B
geen werkwoord

Slide 15 - Quiz

Is 'zijn' een werkwoord of geen werkwoord?
"Dat is zijn sporttas."
A
werkwoord
B
geen werkwoord

Slide 16 - Quiz

Is verwijdert een werkwoord of geen werkwoord?
A
werkwoord
B
geen werkwoord

Slide 17 - Quiz

Wat is de persoonsvorm in de zin:
Iedereen weet wat de persoonsvorm is.
A
Iedereen
B
Weet
C
Persoonsvorm
D
Is

Slide 18 - Quiz

Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Hoe vind je ook alweer de persoonsvorm?
A
Hoe
B
vind
C
je
D
ook

Slide 19 - Quiz

Wat is het onderwerp?

Stefanie legt het onderwerp uit.
A
Marina
B
legt
C
het onderwerp
D
uit

Slide 20 - Quiz

Wat is het onderwerp?
Als onderwerp kozen ze pooldieren.
A
Onderwerp
B
Pooldieren
C
Kozen
D
Ze

Slide 21 - Quiz

Wat is het onderwerp?

Ik leer het onderwerp te vinden.


A
Ik
B
leer
C
het onderwerp
D
vinden

Slide 22 - Quiz

Wat is het onderwerp in deze zin?
Gisteren heeft de fietsenmaker mijn band geplakt.
A
Gisteren
B
Mijn band
C
De fietsenmaker
D
Heeft

Slide 23 - Quiz

Wat is het lijdend voorwerp in de zin?
Gisteren heeft de fietsenmaker mijn band geplakt.
A
Gisteren
B
Mijn band
C
De fietsenmaker
D
Heeft

Slide 24 - Quiz

Tekst
Persoonsvorm
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Zin vragend maken.
Zin in een andere tijd zetten.
Wie/wat + PV.
Wie/wat + onderwerp + gezegde.

Slide 25 - Question de remorquage

afsluiting
Maak online de Test jezelf van perron 2.
Als je minder dan 50% goed hebt, maak je ook de extra oefeningen.

Slide 26 - Diapositive