3.3 De islam ontstaat

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

3.3 De islam ontstaat

Tijd van monniken en ridders

Aan het einde van de les...

• Kun je beschrijven hoe de islam ontstond.  
• Kun je vier kenmerken van de islam noemen
• Je kunt beschrijven hoe de islam zich verspreidde

Wat weet je nog van de vorige les(sen)?

de islam

• Mohammed woonde in Mekka: mensen geloofden in natuurgoden.
• Mohammed kwam in contact met veel joden en christenen, omdat hij handelaar was. 
• Overtuigd van maar 1 God: Allah

de islam

• Ontstaan rond de 7e eeuw in het Midden-Oosten. 
• Heeft maar 1 God.
• Stichter van de islam: Mohammed. 

Van Mekka naar Medina

622

• Mohammed vlucht naar Medina
  
• Dit is het begin van de islamitsche jaartelling.
• In deze stad woonden veel joden en christenen, ook zij geloven in één god.
• Mohammed, die zich profeet van Allah noemde, kreeg veel aanhangers. 
• Zij noemden zich moslims en hun godsdienst de islam.

Het verhaal

• In een droom, een visoen, vertelde een engel dat er maar één god is, Allah.
• Mohammed vertelde de mensen in Mekka over zijn droom, maar bijna niemand wilde naar hem luisteren. 
• De meeste mensen moesten niets van Mohammed hebben en joegen hem en zijn volgelingen de stad uit

De Koran

Het heilige boek van de islam, net als de bijbel voor de christenen en de Thora voor de joden. 

Eén God

Er is maar één god, waarvan Mohammed de laatste en belangrijkste boodschapper van was. 

De vijf zuilen

• Je moet geloven in de enige god Allah.
• Je moet vijf keer per dag bidden met je gezicht naar Mekka.
• Je moet armen en zieken helpen.
• Je mag niet eten of drinken in de vastenmaand ramadan.
• Je moet één keer in je leven een bedevaart maken naar Mekka.  

Moskee

Moslims komen op vrijdagmiddag bijeen in hun gebedshuis, de moskee om samen te bidden. 

Verspreiding van de islam

Mohammed verspreidde de islam rond Mekka en Medina 

tot zijn dood in 632

Zijn opvolgers veroverden grote delen van het Midden Oosten, Noord Afrika en Spanje

Verspreiding van de islam

Zelfde god: Joden en Christenen hoeven zich niet te bekeren.

Betalen wel belasting en kunnen geen belangrijke functie in het leger of bestuur krijgen.

Veel mensen bekeerden zich daarom tot de islam.

Huiswerk

Hoofdstuk 3 paragraaf 3

Maken opdracht 6 t/m 13. BLZ 149

1. Zelfstandig, in stilte.
2. Na 15 minuten bij elkaar controleren.
3. Samen nakijken.