Lente

Welk seizoen zijn we nu?
1 / 28
suivant
Slide 1: Question ouverte
WoLager onderwijs

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welk seizoen zijn we nu?

Slide 1 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Lente

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn voordelen aan de lente?
A
De natuur wordt wakker.
B
Er is veel regen.
C
De dagen worden langer.
D
Het wordt warmer.

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk nadeel van de lente zie je hier?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wil 'Aprilse grillen' zeggen?
A
April is geen leuke maand
B
wisselvallig weer (zon en regen)
C
De zon schijnt vaak

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zeggen we dat het in maart veel regent?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Bespreken: geen begin en einde --> kringloop

Welk seizoen komt na de lente?
A
winter
B
herfst
C
zomer

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk seizoen komt na de zomer?
A
winter
B
herfst
C
lente

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk seizoen komt na de herfst?
A
winter
B
lente
C
zomer

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk seizoen komt na de winter?
A
herfst
B
lente
C
zomer

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer begint de lente?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel maanden duurt de lente?
A
3
B
6
C
2
D
4

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer stopt dan de lente?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is NIET waar?
A
einde winter = 21 maart
B
start zomer = 21 juni
C
einde herfst = 20 december
D
start winter = 21 december

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke feestdagen vallen in de lente?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Feest van de arbeid, 1 mei

Slide 18 - Diapositive

bij elke feestdag datum en betekenis bespreken vanuit kennis van kinderen
Moederdag, tweede zondag in mei

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pasen, eerste zondag na de eerste volle maan van de lente

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hemelvaart, 40 dagen na Pasen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Pinksteren, 10 dagen na Hemelvaart

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat vieren we met Pasen?
A
Jezus gaat naar de hemel
B
Mensen vertellen over Jezus
C
Jezus is opgestaan uit de dood
D
Mensen moeten maar 8 uur werken

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat vieren we de tweede zondag van Mei?
A
Hemelvaart
B
Pasen
C
Moederdag
D
Pinksteren

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer is het feest van de Arbeid?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk feest komt er na Hemelvaart?
A
Pinksteren
B
Pasen
C
Kerstmis
D
Driekoningen

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


A
Feest van de arbeid
B
Pasen
C
Hemelvaart
D
Pinksteren

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions