Quiz - Japan

日本   /   Japan
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
overigMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

日本   /   Japan

Slide 1 - Diapositive

おはようございます」 "Ohayou-gozaimasu!"

(Good morning!)

Slide 2 - Diapositive

Japan is an island nation. Approximately (ongeveer) how many islands does the country have?
A
6852
B
5400
C
3700
D
1500

Slide 3 - Quiz

Japan is een land van eilanden. De kleinsten zijn niet meer dan uit het water stekende rotsen die honderden kilometers uit de kust liggen. Het mogen dan slechts enkele rotsen zijn, omdat ze officieel als eilandjes aangemerkt zijn bepalen ze de buitengrens van de Japanse territoriale wateren. En omdat Japanners veel vis eten is veel territioraal water waar het land zelf de visquota kan bepalen erg belangrijk voor het land.

97% van het landoppervlak wordt gevormd door de vier hoofdeilanden: Hokkaido, Honshu, Shikoku en Kyushu
3% van het landoppervlak ligt verdeeld over 6.848 kleine eilandjes
6.852 eilanden vormen dus samen de Japanse archipel

Slide 4 - Diapositive

Greater Tokyo is the second largest metropolis in the world. Approximately how many people live there?

Slide 5 - Question ouverte

True or False?
A potato is called a 'jagaimo' in Japanese, loosely translated: 'a tuber/turnip from Jakarta'. Logical, because the Dutch took them from what was then still the Dutch East Indies.
A
True
B
False

Slide 6 - Quiz

In Japanese cuisine, a paste consisting of fermented soybeans, rice, salt and koji (a fungus) is often used. What is this seasoning called?
A
nori
B
miso
C
dashi
D
natto

Slide 7 - Quiz

Who or what are ' Little Boy'
and 'Fat Man'?

Slide 8 - Question ouverte

Unlike the uranium bomb Little Boy, Fat Man was made of plutonium. It resembled the atomic bomb that was used during the first nuclear explosion (test) on July 16, 1945. His name suggests it, but Fat Man is said to be much more powerful than Little Boy.

Little Boy is the code name for the nuclear bomb that was detonated by the United States over the Japanese city of Hiroshima on August 6, 1945 at the end of World War II.

Slide 9 - Diapositive

What do many Japanese people do on Christmas Eve?
A
They go to karaokebar.
B
They eat sushi with the whole family.
C
They go to the KFC.
D
They visit a Shinto Temple.

Slide 10 - Quiz

Paulien Cornelisse schreef laatst in de Volkskrant over emoji: "Laatst viel me ineens op dat je bij ‘nee’ kunt kiezen tussen twee plaatjes. Ten eerste: de duim naar beneden – bot maar duidelijk. Ten tweede: het halfblauwe gezichtje met traantje/zweetdruppeltje. Blijkbaar vindt men in emojiland dat nee-zeggen iets heel stressvols kan zijn, iets waar je in grote nood over zou moeten verkeren. Hieraan kun je zien dat emoji’s oorspronkelijk uit Japan komen." Wat betekent de emoji hiernaast oorspronkelijk?
A
Shit happens!
B
Veel geluk!
C
Ik doe het in mijn broek!
D
You're full of crap!

Slide 11 - Quiz

Natuurlijk kan je de drol-emoji gebruiken om de gemoedstoestand van je spijsvertering aan te geven, maar eigenlijk betekent het drolletje 'veel geluk'. Dat komt omdat de emoji in Japan is gemaakt en het Japanse woord voor 'geluk' en 'drol' beiden beginnen met dezelfde klank.

Slide 12 - Diapositive

Welke sport wordt in Japan het meest beoefend?
A
Voetbal
B
Judo
C
Honkbal
D
Sumo

Slide 13 - Quiz

In de 17e eeuw ontstond in Japan een dichtvorm die door de meester Matsuo Basho wereldberoemd is geworden. Hoe heet deze dichtvorm?

Slide 14 - Question ouverte

Sleepvraag
Het Japans kent drie verschillende schriften: hiragana, katakana en kanji (Chinese karakters). Om een beetje fatsoenlijk in de maatschappij te kunnen functioneren, moet je ongeveer 2700 kanji kennen. Om ze te leren worden allerlei ezelsbruggetjes bedacht, mnemonics, zoals het voorbeeld hiernaast.

In de volgende dia zie je enkele eenvoudige karakters. Combineer het karakter met de juiste betekenis. Ganbatte!

Slide 15 - Diapositive

Haikuwattus?
Haiku (俳句; meervoud: haiku of haiku's) is een vorm van Japanse dichtkunst, geschreven in drie regels waarvan de eerste regel 5, de tweede regel 7 en de derde regel weer 5 lettergrepen telt.

De haiku drukt, in de klassieke vorm, een ogenblikervaring uit, soms gelinkt aan en geïnspireerd door zen. De haiku is een vingerhoed vol emotie, waarin weinig ruimte is voor ontledingen en omschrijvingen.

Slide 16 - Diapositive

A Haiku written by the great Matsuo Basho:
Twilight in the rain (5 syllables/5 lettergrepen)

the brilliant hues hibiscus (7 syllables/7 lettergrepen)

The lovely sunset (5 syllables/5 lettergrepen)

Slide 17 - Diapositive

Ready to write your won Haiku? Ganbatte! (Do your best!)
(Remember: 5 - 7 -5)

Slide 18 - Question ouverte

vuur
boom
deur
maan
mens

Slide 19 - Question de remorquage

Slide 20 - Vidéo

Hirigana of Katakana?
Iedereen die Japans leert (ook een Japans schoolkind) begint met hiragana en katakana, want die twee schriften zijn relatief makkelijk te leren. Beide zijn lettergreepschriften: één teken staat voor één lettergreep. A, i, u, ho, ku, na, tsu, chi, ta; dat soort klanken. ‘Jij’ is anata en die drie lettergrepen (a-na-ta) schrijf je zo in het hiragana: あなた .

Slide 21 - Diapositive

Lettergrepen eindigen in het Japans altijd op een klinker, behalve de klank ‘n’. Wij zien de n niet als een zelfstandige lettergreep, maar Japanners wel. 

Automerk Honda bestaat dus voor Japanners uit drie lettergrepen (ho-n-da, ofwel ほんだ in hiragana), terwijl wij er maar twee voelen, ‘hon’ en ‘da’. Sommige Japanse lettergrepen kunnen worden verlengd. In de plaatsnaam Kyoto is de eerste o lang en de tweede o kort: Kyōto.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Lien

Slide 24 - Diapositive