leerjaar 1 H4: meervouden -s en -en

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom!

Doe je jas uit, tas van tafel.

Log in bij Lessonup. Pak je boek, schrift en een pen.

Wees stil, dan kunnen we beginnen.

Lesdoelen

• Ik kan meervouden die eindigen op -en goed spellen.
• Ik kan meervouden die eindigen op -s goed spellen.

• Het gezegde in een zin vinden. 

Vorige les

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

gekeken.

Het werkwoordelijk gezegde

We 

hebben

vanavond

een serie 

Zelfstandig naamwoord

Geen zelfstandig naamwoord

Glas

Prachtig

Honden

Vriendschap

voor

Hengelo

die

alweer

Startopdracht

Bekijk de afbeelding. Welke dingen zie je allemaal? Noteer er zoveel mogelijk in 1 minuut. Zet het aantal erbij, bijvoorbeeld: één meisje, twee hondjes.

Kijk naar de meervouden die jij hebt meegenomen als huiswerk en die je net hebt opgeschreven. Waar eindigen deze meervouden op?

Meervoud -en

Je kunt van zelfstandige naamwoorden een meervoud maken. Meestal zet je -en erachter. 

Broek - broeken, product-producten.

Meervoud -en

Soms kun je er niet alleen -en achter plakken:

Fles - flesen?

• Soms: laatste letter verdubbelen: fles - flessen, bed - bedden
• Soms: a,e,o of u weghalen: schuur - schuren, bioscoop - bioscopen
• Soms: een -s veranderen in een -z: muis - muizen, kaas - kazen
• Soms: een -f veranderen: neef = neven, dief - dieven

Meervoud op -s

Je maakt een meervoud door -s achter het woord te plakken. 

Spelletje - spelletjes, infectie - infecties

Soms moet je 's gebruiken!

Meervoud op 's 

Trucje: Ik hou van y's.

Bij de groene letters een 's!

kassa - kassa's

menu - menu's

Noteer het meervoud van de woorden tussen de haakjes.

H4, TV: opdr. 3 (blz. 115)

Wat?

• H4, TV: opdr. 1,2,4 en 6.

Hoe?

• Boek blz. 115  + schrift
• Of online > planning

Klaar? 

• Numo

Heb je hulp nodig?

Kijk eerst naar het stoplicht.

 

Rood? Stil. 

Stel je vraag aan de docent (alleen als je echt niet verder kunt).

Geel? Fluisterniveau. 

Vraag diegene naast je.

Groen? Fluisterniveau. 

Vraag diegene naast je of de docent.

Aan het werk

Opdracht 4 blz. 115.

Nakijken

Na deze les...

• Kan ik meervouden op -s en -en goed spellen.

Doel

Ik heb goed gewerkt vandaag.

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk

• Opdrachten afmaken die je nog niet af had.