Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
§9.3 Kunststoffen
Slide 1 - Diapositive
Deze les
Bespreken opdracht
Uitleg §9.3
Maken vragen 15 t/m 22
Slide 2 - Diapositive
Wat voor soort polymeer is dit?
A
polyamide
B
polyester
C
additiepolymeer
D
hydrolyse
Slide 3 - Quiz
Geef de reactievergelijking voor de vorming van een ester uit methanol en ethaanzuur.
Slide 4 - Question ouverte
Welk alcohol en welk zuur hebben gereageerd en deze ester gevormd?
zuur en alcohol?
zuur was C=O-OH, alcohol was -OH, H2O splitst af...
A
propanol en
ethaanzuur
B
propaanzuur
en ethanol
C
ethaanol en
ethaanzuur
D
methanol en methaanzuur
Slide 5 - Quiz
Welk soort reactie zie je hier?
A
polycondensatie
B
poly-additie
C
polyester
D
polypeptide
Slide 6 - Quiz
Leerdoelen
Je leert welke eigenschappen kunststoffen hebben
Je leert de soorten kunststoffen in te delen in vier groepen
Je leert het verband te leggen tussen de microstructuur en de materiaaleigenschappen;
Je leert welke additieven aan kunststoffen kunnen worden toegevoegd en wat daarvan de invloed is op de materiaaleigenschappen;
Je leert te beschrijven welke verwerkingstechnieken worden toegepast.
Slide 7 - Diapositive
Thermoplasten
Lineaire molecuulstructuur;
Vanderwaalsbinding en soms H-bruggen tussen ketens;
Opnieuw om te smelten.
Slide 8 - Diapositive
Thermoharder
Netwerk molecuulstructuur;
Atoombindingen (covalente bindingen, crosslinks, dwarsverbindingen) aanwezig tussen de ketens.
Niet om te smelten, bij verhitten wordt materiaal harder of ontleed.
Slide 9 - Diapositive
Elastomeren
Elastomeren keren na vervorming weer terug in hun oorspronkelijke vorm.
Toepassingen
autobanden
elastiek
Slide 10 - Diapositive
Composiet
Combinatie van minimaal twee materialen met andere eigenschappen dan de afzonderlijke materialen.
Combinatie van kunststof met vezels (glas-, koolstof-, aramidevezels).
Beste eigenschappen worden gecombineerd in nieuw materiaal.
Slide 11 - Diapositive
Thermoplast of thermoharder?
thermoplast
thermoharder
smelten
losse ketens
netwerk
PUR
Slide 12 - Question de remorquage
Kunststof kun je verdelen in THERMOPLASTEN en THERMOHARDERS. Wat zijn de voordelen van thermoplasten? (2 antwoorden goed)
A
gemakkelijk te buigen
B
worden zacht bij verwarmen en dan kun je ze in een vorm persen
C
moeilijk te buigen
D
vrij hard, als je ze verwarmt dan behouden ze hun vorm.
Slide 13 - Quiz
Polymeren verwerken
Thermoplasten:
Extruderen
Spuitgieten
Blaasgieten
Thermoharders:
Polymeriseren in een mal
Slide 14 - Diapositive
Extruderen
Onder druk wordt gesmolten thermoplast (granulaat, 1) door een spuitmond (2) geperst.
Bij afkoelen (4 e.v.) wordt de thermoplast harder en is de vorm verkregen.
Meestal productie van lange draden.
Slide 15 - Diapositive
Spuitgieten
Zelfde principe als extruderen, maar er wordt gebruik gemaakt van een mal/matrijs voor diverse voorwerpen.
Alleen voor thermoplasten.
Granulaat
Slide 16 - Diapositive
Blaasgieten
Gesmolten thermoplast wordt in juiste vorm geblazen.
Bijv. plastic flesjes.
Slide 17 - Diapositive
Stelling 1) Spuitgieten kan alleen met thermoplasten Stelling 2) Voor spuitgieten zijn kunststoffen nodig met een lage smelttemperatuur
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
Beide stellingen zijn juist
C
Beide stellingen zijn onjuist
D
2 is juist en 1 is onjuist
Slide 18 - Quiz
Thermoharder kan je spuitgieten
A
waar
B
niet waar
Slide 19 - Quiz
Productie thermoharders
Voorgaande technieken zijn alleen toepasbaar op thermoplasten.
Een thermoharder is immers niet om te smelten.
Een thermoharder wordt geproduceerd door in een mal de polymerisatie uit te voeren: in de mal wordt het polymeer hard.
Slide 20 - Diapositive
Kunststoffen kun je onderverdelen in drie groepen, namelijk: thermoharders, thermoplasten en elastomeren. - Maak tekeningen op deeltjesniveau voor elke groep. Geef bij de tekening duidelijk aan om welke groep kunststoffen het gaat.