23-6-21 B1-2

• NT2
• MBO
• Studiejaar 1

Goedemorgen, wat gaan we vandaag doen? 

• Jullie krijgen de resultaten van de toets terug.
• Aantal dingen herhalen thema 1
•  als er genoeg tijd is: starten thema 2. 

Lesdoelen. In deze les:

• leer je van elkaars fouten. Zoek de fout in de zin (zinnen uit de toets) en verbeter de zin.
• herhalen we kort de voltooide tijd
• delen we ervaringen over het B1 leren, wat heb je geleerd van de toets?
• starten we met thema 2 

Welk woord gebruik je om te zien wat de laatste letter is van een voltooid deelwoord?

welke twee soorten werkwoorden zijn er?

welke twee hulpwerkwoorden gebruik je bij de voltooide tijd? Welke gebruiken we het meest?

wat is de voltooide tijd enkelvoud van:
onthouden/verlaten/beschrijven/

wat is de voltooide tijd enkelfout van:
gebruiken/erkennen(zeggen dat het zo is)

voltooide tijd van scheidbare werkwoorden: ik heb de afspraak bij de tandarts(afzeggen)

voltooide tijd scheidbare werkwoorden: Ik heb mijn boodschappen bij de kassa (afrekenen)

er komt - ge- tussen het eerste en het tweede deel

zet de zin in de voltooide tijd:
De leraar vertelt een verhaal

Ik zeg mijn baan op.

onregelmatige werkwoorden. Wat is de voltooide tijd van schrikken/breken/vertrekken

zoek de fout in de zin. werk in tweetallen. 

1. Een supermarkt digbij in mij buurt is ideaal.
2. Voel ik me schamen als kan ik niet Nederlands goed spreken.
3. Ik maak mij schoenen vies.
4. De vrouw naait de rok. (gebruik: aan het...)
5. Elke maand moet ik toegeven doen voor de belastingdienst.
6. Ik heb vertrouwd hem heel snel. 

1. Yusuf heeft niet zoveel ervaring van computers/
2. Jing heeft een paar onderdelen van haar muziekinstrument vervangt.
3. Ik leer om mensen te kennen. 
4. Stefan is gek over gamen.
5.  Voor de feestdagen hebben we het huis versieren.
6. Asters dochter zij op vakantie vaak heimwee.
7. Ik vind het leuk to op bezoek te gaan bij mijn familie. 

Nog tijd:

starten met thema 2. 

Het is belangrijk om niet alleen in het boek te werken, ook op de computer!

terugblikken: 

Wat heb je vandaag geleerd?

Voor morgen geen huiswerk. Jullie hebben morgen op school een toets. 

Na de toets: opdracht 99 thema 1: iedereen praat 1 minuut over familie, werk, opleiding, hobby's en karakter. Bereid dit voor. Let op de tips op blz 39 onderaan.