Spelling: ei/ij en au/ou

Spelling L4: een ei hoort erbij
ei of ij, au of ou
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalLager onderwijs

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Spelling L4: een ei hoort erbij
ei of ij, au of ou

Slide 1 - Diapositive

Woorden met ij en ei

Slide 2 - Carte mentale

Woorden met au of ou

Slide 3 - Carte mentale

Welke is correct geschreven?
A
Begrijpen
B
Begreipen

Slide 4 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Veiver
B
Vijver

Slide 5 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Marsepein
B
Marsepijn

Slide 6 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Schoolreis
B
Schoolrijs

Slide 7 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Wedstreid
B
Wedstrijd

Slide 8 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Fauten
B
Fouten

Slide 9 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Gebauw
B
Gebouw

Slide 10 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Schouders
B
Schauders

Slide 11 - Quiz

Welke is correct geschreven
A
Flouw
B
Flauw

Slide 12 - Quiz

Welke is correct geschreven?
A
Automaat
B
Outomaat

Slide 13 - Quiz

Post een foto met je duim: hoe goed ken jij de leerstof van deze les?

Slide 14 - Question ouverte