Proactief Beveiligen Oefenopdracht H1&2 2019/2020

Oefenopdrachten
   Oefenopdracht Proactief beveiligen
1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
BeveiligingMBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Oefenopdrachten
   Oefenopdracht Proactief beveiligen

Slide 1 - Diapositive

In deze oefenopdracht pas je reeds geleerde kennis toe uit de afgelopen lessen.

Onderwerpen die hierbij aan bod komen zijn o.a.
  • Verschillende dadergroepen
  • Factoren die bijdragen tot uitvoering
  • Criminele/terroristische planningscyclus
  • Social engineering
  • Coverstory
  • Dreiging & Risico
  • Aanvallersmethode van Operatie (AMO)
  • Verdachte indicatoren (VI)

Slide 2 - Diapositive

In deze opdracht leer je eerst om te denken als een crimineel. Deze vragen zijn dan ook vanuit het oogpunt van de crimineel.

Verderop zal deze rol bijgedraaid worden vanuit het oogpunt van de beveiliger. Dit merk je automatisch aan de vraagstellingen die erbij horen.

Slide 3 - Diapositive

Stel : Je hebt snel geld nodig. Je hebt het gemunt op sierraden. Deze sierraden wil je bij een juwelier vandaan trekken. 


Slide 4 - Diapositive

Wat zou een juwelier moeten beschermen en waartegen? Licht dit toe.

Slide 5 - Question ouverte

Onder welke dadergroep van de NAVI val je in deze casus?
A
Vandaal
B
Crimineel
C
Verward persoon
D
Terrorist

Slide 6 - Quiz

Welke stap uit de criminele/terroristische planningscyclus begin je mee?
A
Informatie verzamelen
B
Plannen
C
Surveilleren
D
Doel vaststellen

Slide 7 - Quiz

Stel je voor dat je het doel hebt vast gesteld.
De naam van je doel is : Broekhuis juweliers

Kijk naar de volgende slide en beantwoord vervolgens de vraag die erop volgt.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Welke vestiging zou je doel worden en waarom?

Slide 10 - Question ouverte

Bekijk op de volgende dia welke informatie je nodig kunt hebben en beantwoord vervolgens de vraag die erop volgt.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Welke informatie is voor jou van belang voor het uitvoeren van je daad? En waarom?

Slide 13 - Question ouverte

Je hebt inmiddels informatie verzameld. Welke stap uit de planningscyclus is dat?
A
1
B
2
C
4
D
3

Slide 14 - Quiz

Welke informatie kan je uit de foto's halen die voor jou relevant zijn ten behoeve voor het uitvoeren van je daad? Noteer dit voor je zelf op papier of op je computer.

Zie de aankomende slides met foto's. Kijk goed en zoom in om details duidelijker zichtbaar te maken voor je zelf. (dit kan door de volgende toetscombinatie op je computer :  ctrl +  )


Slide 15 - Diapositive

Dit is de binnenzijde en omgeving

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Welke informatie heb je kunnen vinden op de foto's en waarom is dat van belang voor de voorbereiding van de uitvoer van je daad?

Slide 24 - Question ouverte

Waarom is een plattegrond van de omgeving handig om erbij te hebben?

Slide 25 - Question ouverte

Wat is het gevaar van foto's die je bijv. van Google maps haalt?

Slide 26 - Question ouverte

Als je social engineering zou moeten toepassen op een medewerker of de buren van deze juwelier, welke vragen zou je dan stellen?

Slide 27 - Question ouverte

Welke dreiging is er voor deze juwelier en hoe groot is het risico dat dit gebeurt. Waarom? Licht dit toe.

Slide 28 - Question ouverte

Wellicht heb je een coverstory nodig om makkelijk(er) bij de buit te komen. Wat voor coverstory zou je gaan inzetten en
bij wie en hoe zou je dit doen?

Slide 29 - Question ouverte

Welke stap uit het criminele/ terroristische planningscyclus volgt nu?
A
Dry run
B
Oefenen
C
Uitvoeren
D
Surveilleren

Slide 30 - Quiz

Je dient na het vergaren van informatie te gaan surveilleren. Waarom is dat?

Slide 31 - Question ouverte

Als je gaat surveilleren dien je als kwaadwillende op een aantal punten te letten. Welke zijn dat en waarom?

Slide 32 - Question ouverte

Welke stap volgt na het surveilleren?
A
Plannen van de aanval
B
Verzamelen van middelen
C
Dry run
D
Uitvoeren

Slide 33 - Quiz

Wanneer en hoe laat zal je de aanval uitvoeren op de juwelier? En waarom juist op deze dag & tijd?

Slide 34 - Question ouverte

Welke middelen heb je nodig tot uitvoer van de aanval? Waarom heb je deze middelen nodig? Hoe kom je hieraan? Voeg minimaal 3 afbeeldingen toe en vul verder aan met tekst & uitleg

Slide 35 - Question ouverte

Beschrijf wat de Aanvallers methode van operatie is van jouw aanval

Slide 36 - Question ouverte

Welke stap komt na het verkrijgen van middelen?
A
Dry run
B
Selecteren van het doel
C
Uitvoeren
D
Plannen van de aanval

Slide 37 - Quiz

Als je een dry run uitvoert, waar moet je dan op letten? Welke informatie neem je mee voor je daadwerkelijke uitvoering? Hoe zorg je ervoor dat je niet opvalt in het uitvoeren van je dry run?

Slide 38 - Question ouverte

Aan welke verdachte indicatoren (Vi's) kan je opgemerkt worden als kwaadwillende? Benoem er ten minste 3 en licht dit uitgebreid toe

Slide 39 - Question ouverte

Wat zou je buit worden tijdens de uitvoering? Beschrijf het of plaats foto's. En waarom heb je hiervoor gekozen?

Slide 40 - Question ouverte

Kijk goed welke vluchtroute je zou nemen. Je kunt deze afbeelding opslaan (screenshot) en je vluchtroute bijv. met Paint erin tekenen.

Slide 41 - Diapositive

Welke vluchtroute zou je nemen om zo snel mogelijk weg te komen? Welk hulpmiddel gebruik je hierbij? Licht het toe door bijv. straatnamen of andere namen te noemen in je richting van je vluchtroute. (of teken dit in via Paint en upload)

Slide 42 - Question ouverte

Niet iedere kwaadwillende kiest voor de optie om te vluchten na het uitvoeren van zijn/haar daad. Welk dadergroep doet dit veelal niet?
A
Crimineel
B
Bezoeker
C
Verward persoon
D
Terrorist

Slide 43 - Quiz

Welke 4 factoren dienen bij te dragen aan de succes van de uitvoering? Hoe zouden deze factoren afzonderlijk aan jouw uitvoering kunnen bijdragen? Licht dit toe.

Slide 44 - Question ouverte

Had jij voldoende voorkennis om deze opdracht te kunnen maken?
Nee, ik wist niets over deze onderwerpen
Gemiddeld; ik wist over enkele onderwerpen iets vanaf
Ja, ik wist voldoende over de onderwerpen

Slide 45 - Sondage