HS 8.3 Lorentzkracht

HS 8.3 Lorentzkracht
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

HS 8.3 Lorentzkracht

Slide 1 - Diapositive

Na deze les kun je
  • Verschillende situaties herkennen waarin de Lorentzkracht optreedt.
  • Voorspellen wat het effect is van een magneetveld op een stroomdraad en op een geladen deeltje.
  • De kubus toevoegen aan je arsenaal van handregels. 
  • Rekenen met de formule(s) voor de Lorentzkracht, bijvoorbeeld om
De grootte en richting van het magneetveld te bepalen dat CERN nodig heeft om protonen met 99,999% van de lichtsnelheid in hun baan in de cirkelvormige LHC te houden. 

Slide 2 - Diapositive

Wat is de Lorentzkracht?
  • Bewegende lading in een magneetveld ondervindt een kracht, loodrecht op de bewegingsrichting: de Lorentzkracht.

  • De richting van de Lorentzkracht bepaal je met de kubus of met de iron man regel.

Slide 3 - Diapositive

iron man regel 
Maak van je rechterhand een stopgebaar en steek je duim weer uit. 
Nu is je duim de richting van de stroom, je vingers vormen de richting van het magnetische veld. De Lorentzkracht komt uit de palm van je hand, net zoals Iron Man lasers uit de palm van zijn hand schiet. Daarom heet dit ook wel de Iron-Man regel.

Slide 4 - Diapositive

Welke kant gaat de Lorentzkracht op

Slide 5 - Question ouverte

Uitleg
  • Vingers in de richting van het magneetveld. (van boven naar beneden)
  • De duim geeft de richting van I aan.
  • Uit de palm van je hand komt dan de Lorentzkracht en deze is naar achteren gericht.

Slide 6 - Diapositive

De stroom in het staafje gaat naar
A
Links
B
Rechts
C
D

Slide 7 - Quiz

Demo
Stroomvoerend staafje in een magneet

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Als er stroom gaat lopen, rolt het staafje
A
naar links
B
naar rechts
C
nergens heen

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

Demo
Twee parallelle stroomdraden 

Slide 12 - Diapositive

Het magneetveld in Q wijst
A
de tekening in
B
de tekening uit

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Stroom I gaat naar rechts door de zwarte draad met lengte L.
Het magneetveld B is in de richting van de groene pijlen.
De Lorentzkracht bereken je met:
A
FL = B. I . L
B
FL = B. I . L . cos 𝛼
C
FL = B. I . L . sin 𝛼
D
FL = B. I . L . tan 𝛼

Slide 16 - Quiz

Formule(s)
FL op een stroomdraad: FL = B . I . L
                                            = B⟘ . (Q/t) . L
                                          =  B⟘ . Q . L/t
                                          =  B⟘ . Q . L/t
                
FL op een geladen deeltje: FL = B . q . v

(Bis de component van B loodrecht op I of v)

Slide 17 - Diapositive


De Lorentzkracht op het elektron is correct getekend in 
A
a
B
b

Slide 18 - Quiz

Bewegend geladen deeltje in een magneetveld

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

De lading q is
A
positief
B
negatief

Slide 21 - Quiz

Het is onmogelijk een elektron (ongeacht de beginsnelheid) te versnellen met een magneetveld. Leg uit waarom.
timer
1:00

Slide 22 - Question ouverte