Risico & Rendement

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Een risicoavers persoon zoekt zoveel mogelijk risico's op.

1. Juist
2. Onjuist

De juiste formule voor het berekenen van risico is:

1. verwachte schade x schade
2. verwachte schade x aanschafwaarde
3. De schade van het object

Een voorbeeld van informatie asymmetrie is

1. Bonus-malussysteem
2. Moral Hazard
3. Premie
4. Risicospreiding

Oplossingen voor informatie asymmetrie zijn:

1. Eigen risico, moral hazard, premiedifferentiatie
2. Eigen risico, premiedifferentiatie, informatie inwinnen
3. Eigen risico, averechtse selectie
4. Eigen risico, bonus-malussysteem, averechtse selectie

Het minste risico loop ik bij

1. obligaties
2. aandelen

Hoe noemt men het probleem dat verzekeraars hebben als mensen een verzekering moeten afsluiten?

1. Assymetrische informatie
2. Moreel wangedrag
3. Averechtse selectie
4. Bonus-Malus regeling

De afbeelding hiernaast is een voorbeeld van:

1. Moreel wangedrag
2. Premie-differentiatie
3. bonus malus regeling
4. Eigen risico

Dividend en koerswinst zijn het rendement van

1. een spaarrekening
2. obligaties
3. aandelen

Wat is het rendement van aandeel?

1. Dividendrendement
2. Koersrendement
3. A+B
4. Geen van beide

Winst per aandeel €1.03 Koers per jaarultimo €22.78 Dividend per aandeel €0.87. 500 aandelen voor €22.50 per stuk. Hij verkocht ze voor €21.30 per aandeel na dividend gekregen te hebben.

1. Dividendrendement: 3%
2. Dividendrendement: 3.82%
3. Dividendrendement: 38%
4. Dividendrendement: 38.2%

Winst per aandeel €1.03 Koers per jaarultimo €22.78 Dividend per aandeel €0.87. 500 aandelen voor €22.50 per stuk. Hij verkocht ze voor €21.30 per aandeel na dividend gekregen te hebben.

1. Koersrendement: -6.53%
2. Koersrendement: -93.47%
3. Koersrendement: 6.53%
4. Koersrendement: 93.47%

Winst per aandeel €1.03 Koers per jaarultimo €22.78 Dividend per aandeel €0.87. 500 aandelen voor €22.50 per stuk. Hij verkocht ze voor €21.30 per aandeel na dividend gekregen te hebben.

1. Totaalrendement: -0.271%
2. Totaalrendement: -2.71%
3. Totaalrendement: 2.71%
4. Totaalrendement: 27.1%

Welke reele rente ontvang je?
Nominaal is 2% en inflatie is 3%?

1. -0.97%
2. -1%
3. 0.97%
4. 1%

Het voortbestaan van een eenmanszaak is afhankelijk van de eigenaar

1. juist
2. onjuist

Bij een BV of een NV

1. zijn de eigenaren de aandeelhouders
2. hoeven de eigenaren geen leiding te geven aan de onderneming
3. benoemen en ontslaan de eigenaren de leiding van de onderneming
4. A, B en C zijn juist

Als een BV of NV failliet gaat is de eigenaar van de onderneming

1. het geïnvesteerde geld in de onderneming kwijt
2. het geïnvesteerde geld in de onderneming kwijt. Ook wordt hij op zijn privé-vermogen aangesproken

Welke van de vier is NIET een oplossing voor moreel wangedrag?

1. Bonus malus
2. Vrijwillig eigen risico
3. Maximale vergoeding
4. verplicht verzekeren

Wat is het probleem van asymmetrische informatie?

1. De verzekeraar weet niet wat jij doet
2. De verzekerde weet niet wat hij echt zal krijgen
3. Niemand weet wat jou gaat overkomen
4. De verzekeraar weet meer van de situatie dan de verzekerde

De premie gaat NIET omhoog als deze variabele verandert:

1. Het aantal verzekerde mensen neemt toe
2. De kans op schade van de goede risico's stijgt
3. De gemiddelde schade neemt toe
4. De kans op schade van de slechte risico's stijgt

De verkoper van een auto weet of deze goed functioneert, de koper weet dit niet. Dit is een vorm van:

1. Asymmetrische informatie
2. risico-aversie
3. Averechtse selectie
4. Averechtse informatie

Bij welke verzekering is moreel wangedrag niet mogelijk?

1. Zorgverzekering
2. Reisverzekering
3. Werkloosheidswet
4. Algemene ouderdomswet

Wat heeft geen invloed op de vraag naar verzekeringen?

1. De kans op schade
2. Het aantal verzekeraars
3. De hoogte van het inkomen
4. De hoogte van de premie

Onvrijwillige risico's zijn risico's die niet te vermijden zijn.

1. Juist
2. Onjuist

Bij welke bedrijfsvormen ben je privé aansprakelijk?

1. VOF
2. BV
3. NV
4. Eenmanszaak

Bij welke bedrijfsvorm zijn er aandelen?

1. BV
2. VOF
3. Eenmanszaak
4. NV

Sandra heeft één van de 4.000 obligaties van de staat gekocht voor een bedrag van € 493. De couponrente van de obligatie is 5 % - in 2014 was dat voor Sandra € 25. De looptijd is nog 4 jaar. Alle 4.000 obligaties zijn verkocht. Hoeveel geld heeft de staat opgehaald met de uitgave van de obligaties?

Je koopt een schilderij voor € 4.000.000. Vervolgens huur je hem aan een museum, waardoor je elk jaar 5 % van het aankoopbedrag krijgt. Na 10 jaar verkoop je het schilderij aan een ander museum voor € 3.500.000. Bereken het effectief rendement.