5.4 Isoleren in huis

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

§ 5.4 Isoleren in huis

§5.4 Isoleren

Aan het einde van deze paragraaf kan je...

• 
  
• Drie soorten warmtetransport toepassen in situaties om warmteoverdracht te voorkomen. 

Leerdoelen

Je leert wat isoleren is

Je leert manieren om warmteverlies te voorkomen

Welke vormen van warmte transport kan je noemen?

Noem een voorbeeld van
warmtetransport door geleiding?

Noem een voorbeeld van warmtetransport door straling?

Isolatie

Isoleren = voorkomen dat je warmte verliest

Hoe voorkom je warmteverlies door:
- Straling
- Stroming
- Geleiding                                                                                Spouwmuur

Isolatie tegen geleiding

Geleiding kun je tegengaan door slecht geleidende materialen te gebruiken.

Bijvoorbeeld bij kozijnen van kunststof of hout, glaswol of dubbele beglazing.

Bij de laatste twee isoleert de stilstaande lucht.

Isolatie tegen stroming

Stroming kun je tegengaan door vloeistoffen of gassen niet te laten stromen.

Dat kan door de tussenstof weg te halen of kleine ruimtes te maken waardoor er bijna geen stroming plaatsvindt.

Isolatie tegen straling

Straling gaat door glas heen.

Straling wordt teruggekaatst door glimmende materialen en piepschuim.

Isolatie

Buiten is het vaak kouder dan binnen. De warme lucht wil dus van binnen naar buiten. 

Als je je huis goed isoleert heb je dus minder warmteverlies.

Isolatie

Isolatie is het het tegenhouden van warmtetransport

De rode plekken zijn warm en daar gaat dus veel warmte verloren

Warmteverlies tegengaan

Warmte niet verloren laten gaat door stroming kan door

• Ramen en deuren gesloten houden
• Kieren en gaten dicht maken met isolatiemateriaal zoals piepschuim, steenwol of glaswol.
• Dubbel glas gebruiken
• Isoleren van daken, muren en vloeren met glaswol, kurk of isolatieschuim

Stroming tegengaan

Straling tegengaan

Geef aan welke vormen van warmtetransport worden tegengegaan bij een thermosfles.

Aan de slag

Opdrachten van paragraaf 5.4