Les 5: Licht

• Tekenen
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

LICHT

Begrippen die je moet kennen

Eigen schaduw en slagschaduw   

Meelicht, zijlicht en tegenlicht 

Silhouet                                            

Strijklicht

Glimlicht                                             

Clair-obscur

Eigen schaduw

De schaduw die in het onderwerp zelf aanwezig is

Slagschaduw

De schaduw die het onderwerp op de ondergrond of de achtergrond werpt

Meelicht

Het licht schijnt je onderwerp als het ware in de ogen. Er zijn daardoor weinig opvallende schaduwen in het gezicht te zien

Tegenlicht

De lichtbron staat achter je onderwerp, daardoor is je onderwerp heel donker

Silhouet

Als de lichtbron achter het onderwerp staat kan het onderwerp zó donker zijn dat er geen details meer te zien zijn. Je noemt dat een silhouette

Zijlicht

Het licht komt vanaf de zijkant op je onderwerp. Hierdoor worden oneffenheden zichtbaar. Dit gezicht krijgt hierdoor  flink wat schaduw aan de andere kant .

Strijklicht

Het licht komt vanaf de hoogte van het onderwerp en werpt zo lange schaduwen. 

Glimlicht

Het licht weerspiegelt op het onderwerp

Clair-obscur

Een heel sterk licht-donker contrast waardoor je bepaalde onderdelen kunt benadrukken en een dramatisch effect krijgt

Oefenen...

In de volgende slides zie je steeds verschillende afbeeldingen. Geef aan welke vorm(en) van licht of schaduw je ziet. Dit kunnen er soms meer dan één zijn, dus kijk goed.

1. Eigen schaduw
2. Slagschaduw
3. Zijlicht
4. Tegenlicht

1. Silhouet
2. Glimlicht
3. Meelicht
4. Slagschaduw

1. Silhouet
2. Clair-Obscur
3. Glimlicht
4. Strijklicht

1. Slagschaduw
2. Eigen schaduw
3. Glimlicht
4. Zijlicht

1. Slagschaduw
2. Eigenschaduw
3. Glimlicht
4. Clair-obscur

Het licht werpt lange schaduwen, dit is ... licht

Je ziet hier een groot licht-donker contrast voor een dramatisch effect. Hoe noem je dit?

In dit gezicht zijn nauwelijks schaduwen te zien. Het licht wat is gebruikt is ...

Terug naar de mindmap

Wil je nog iets aanpassen????