Woordenboekles klas 4

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Zoeken in het woordenboek.

Doel

- Leer je wat je kunt doen als je een woord in de tekst niet weet

- Leer je een woordenboek gebruiken

Wat kun je doen als je
een woord niet kent

Wat doe je als je een woord niet begrijpt......

Gebruik dan eerst de woordraadstrategieën:

- Staat er een synoniem in de tekst voor of achter het woord?

- Staat er een omschrijving van het woord?

- Staat er een voorbeeld van het woord?

- Staat er een tegenstelling van het woord?

- Ken je een deel van het woord?

Waarom?

Examen Nederlands mag je een woordenboek gebruiken.

Eigen woordenboek meenemen.

Hoe gebruik je een woordenboek?

Ga op zoek naar het trefwoord.

Een trefwoord is 

een vorm van het woord zoals het in het woordenboek staat.

Kijk naar het volgende filmpje, daar wordt het nog eens uitgelegd.

Wat is het trefwoord van
'gewinkeld'?

Wat is het trefwoord van
'veroorzaakt'?

Ik ken het woord 'geraadpleegd' niet.
Welk woord zoek ik op in het woordenboek?

Wat is het trefwoord van adviezen?

Wat is het trefwoord van experimentje?

Samengestelde woorden

Een woord kan ook uit meerdere woorden bestaan.

bijvoorbeeld 

gezondheidsrisico bestaat uit gezondheid en risico.

Zoek dan het deel van het woord dat je moeilijk vindt.

Ik ken het woord klimaatanalist niet.
Welk woord zoek ik op in het woordenboek?

Zoek het woord 'liflafje' op.
Welke lidwoord staat erachter?

1. de
2. het
3. een

Zoek het woord 'dwerg' op.
Hoeveel betekenissen heeft dit woord?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Zonder woordenboek!

Op welke bladzijde vind je het woord 'herfst'?

1. hemel - herkauwen
2. heilloos - hemdsmouw
3. het - hilariteit
4. herkauwer - hesp

Hoeveel betekenissen heeft het woord 'herinnering'?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Op welke lettergreep ligt de klemtoon van het woord proces-verbaal?

1. pro 1
2. 2 ces
3. ver 3
4. 4 baal

Onder welk woord vind je de uitdrukking 'een addertje onder het gras'?

1. adder 1
2. 2 addertje
3. onder 3
4. 4 gras

REN je ROT

- tweetallen

- woordenboek achter op de tafel

- 1 woordkaartje per keer

- Leerling 1 zoekt het woord op en onthoudt de betekenis

- Leerling 1 schrijft de betekenis op 

- Leerling 2 zoekt hetzelfde woord ook op

- Leerling 2 controleert het woord

- Lever je woordkaartje in

- Nieuw kaartje!