Blok 4 Week 2

English
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

English

Slide 1 - Diapositive

To Do:
Studiewijzer Blok 4 bespreken 
Chapter 5I: Grammar
Chapter 6: Getting Started
Handelingsdeel: Artikel 1 lezen

Artikelen (1-5) handelingsdeel mogen later ingeleverd worden (10 juni)

Slide 2 - Diapositive

Aims
- Je kunt voegwoorden herkennen en gebruiken.
- Je kunt bezittelijke voornaamwoorden gebruiken.
- Je kunt een Engels artikel lezen en in eigen woorden samenvatten.

Slide 3 - Diapositive

The World of Social Media

Slide 4 - Diapositive

5I: Grammar p. 90-92
Conjunctions = Voegwoorden
-verband tussen zinnen benadrukken (informatie toevoegen, tegenstellingen, oorzaak-gevolg)
-informatie rangschikken (first, second, next, finally etc.)
-begin, midden, eind van een zin
and: toevoeging
but: tegenstelling
because: reden

Slide 5 - Diapositive

5I: Grammar p.90-92
Wat:
Exercise 53: lees de tekst en schrijf de drie dikgedrukte woorden op en vertaal ze. Kruis bij c aan waarom de dikgedrukte woorden gebruikt worden.
Exercise 54: trek lijnen tussen de twee zinsdelen en voegwoorden om zinnen te maken. 
Exercise 55: vul de woorden and, but, because in.
Exercise 57: maak de zinnen af in het Engels. Gebruik and, but en because.
Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.
Uitkomst: we gaan de antwoorden in een komende les nakijken.

Slide 6 - Diapositive

Answers Grammar 
 53b) and=en
           but = maar
           because = omdat
53c) B- to connect sentences

55) 1- because
        2-and
        3-but / because
        4- and / but
        5-because
54) 
-I like that account because it has many funny posts.
-She posted a new video and a new message.
-That photo looks great but I think it's altered.
-The message was deleted because it had many negative reactions.
-I have not posted anything for a while but I am working on something now.

Slide 7 - Diapositive

Having a Good Time

Slide 8 - Diapositive

Herhaling: bezittelijke voornaamwoorden (possessive pronouns)
Bijvoeglijk gebruikt
Zelfstandig gebruikt (van...)
I
my book
The book is mine.
You
your book
The book is yours.
He
She
It
his book
her book
its  book
The book is his.
The book is hers.
-
We
our book
The book is ours.
They
their book
The book is theirs.

Slide 9 - Diapositive

6: Getting Started p. 106-107
Wat:
Exercise 1: vul de woorden in de tekst in.
Exercise 2: schrijf de woorden achter de omschrijvingen. Een aantal letters is al gegeven.
Exercise 3: gebruik bezittelijke voornaamwoorden  om de zinnen af te maken.
Exercise 4: omcirkel de juiste bezittelijke voornaamwoorden
Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.
Uitkomst: we gaan de antwoorden de komende les nakijken.

Slide 10 - Diapositive

Handelingsdeel: Artikelen lezen
In elk artikel zoek je 10 woorden op die je niet weet of waarvan je weet dat het lastige woorden zijn. 

In het schema schrijf je de zin op waar het woord in staat en maakt het woord waar het om gaat vetgedrukt. 

In de laatste kolom schrijf je de vertaling van het woord, je gebruikt hiervoor de vertaling uit het woordenboek die in de zin past. 

Daarna schrijf je in je eigen woorden op waar het artikel over gaat. 

Slide 11 - Diapositive

Handelingsdeel: Artikelen lezen
Lees Artikel 1.
Schrijf de titel en het 
onderwerp (topic) op.
Schrijf 10 woorden uit de tekst op.
Vertaal de woorden.
Schrijf in het Nederlands op waar 
het artikel over gaat.

Slide 12 - Diapositive

5B: Theme Words p. 62
Wat:
Exercise 10: beantwoord de vragen in het Engels.
Exercise 11: vertaal de woorden die je nog niet kent naar het Nederlands. 
Exercise 12: vul de woorden in de tekst in. Zet daarna de nummers van vier zinnen onder de afbeeldingen.
Exercise 13: schrijf de Theme words uit het paarse blokje op p. 62 op (m.u.v. de woorden die zijn gebruikt in exercise 12). Maak bij elk woord een Engelse zin waarin het woord staat.
Exercise 14: vertaal de woorden die je nog niet kent naar het Nederlands.
Exercise 15: vul de woorden in de tekst in.
Exercise 16a: combineer de woorden met de beschrijvingen.
Exercise 16b/c:  lees de strategie en maak vervolgens een mind map van één van de theme words.
Hoe: zelfstandig, fluisterend overleg met je buurman/buurvrouw.
Uitkomst: we gaan de antwoorden na de vakantie nakijken.

Slide 13 - Diapositive