oefentoets vwo

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

oefentoets vwo

Deze kun je gebruiken bij het leren. 

Heel veel succes 

Zet de juiste benaming bij de nummers 1 t/m 4. (R)

longader

aorta

rechter boezem

hartzakje

holle ader

longslagader

linker boezem

rechter boezem

Hoe adem je uit? Noteer de juiste woorden om de zin compleet te maken. [3p] (R)

a De tussenribspieren ___________________________.

b De ribben kantelen _________________ .

c De borstkas wordt _______________________.

Welk orgaanstelsel vervoert stoffen zoals zuurstof en koolstofdioxide? [1p] (R)

1. ademhalingsstelsel
2. bloedvatenstelsel
3. verteringsstelsel
4. uitscheidingsstelsel

Wat is de functie van het uitscheidingsstelsel? [1p] (R)

Dominique is aan het koken. Ze doet van alles tegelijk. Ze kijkt, ademt en kauwt op een stukje wortel. Ook gebruikt ze haar spieren.

Uit welke 3 onderdelen bestaat het orgaanstelsel dat ervoor zorgt dat alle organen goed samenwerken zodat ze dit kan doen? [1p] (T)

Nicole gaat met de fiets naar school. Ze is laat en trapt hard door. Waardoor haalt Nicole snel adem als ze hard doorfietst? [2p] (T) (VWO)

1. Door de snellere verbranding krijgt ze een grotere hoeveelheid koolstofdioxide in haar bloed.
2. Door de snellere verbranding krijgt ze een kleinere hoeveelheid koolstofdioxide in haar bloed.
3. Door de snellere verbranding krijgt ze een grotere hoeveelheid zuurstof in haar bloed.
4. Door de snellere verbranding krijgt ze een kleinere hoeveelheid zuurstof in haar bloed.

Aisha laat bloed prikken bij de huisarts. Het bloed spuit hard uit het bloedvat in het buisje.

In welk soort bloedvat zit de naald? [1p] (T)

1. ader
2. haarvat
3. slagader

In de longblaasjes vindt gaswisseling plaats.

Door welke vier kenmerken kan gaswisseling snel verlopen? [2p] (R)

Abdel is verkouden, zijn neus zit helemaal dicht.

Waardoor proeft hij zijn eten minder goed? [2p] (T)

Julian is de laatste tijd erg moe. Hij laat zijn bloedwaarden meten bij de huisarts. De huisarts vertelt hem dat hij te weinig ijzer in zijn bloed heeft. 

a) Als er te weinig ijzer in het bloed zit, kan je bloed te weinig van een bepaalde stof vervoeren. Welke stof is dit? [1p] (R)

b) Hoe komt het dat Julian de laatste tijd erg moe is? Leg je antwoord uit met behulp van de formule van verbranding. [2p] (T)

Karin luistert met een stethoscoop naar haar hart. Elke hartslag hoort ze dubbel, eerst een harde en dan een zachtere klop. Daarna is er een pauze.

Waardoor hoort Karin een dubbele hartslag? [2p] (T)

Het bloed in je lichaam stroomt één kant op.

Waardoor stroomt het bloed in je aders maar één kant op? [1p] (T)

Transpositie van de grote vaten

Transpositie van de grote vaten is een aangeboren hartafwijking waarbij de aorta en de longader verwisseld zijn. Dit heeft tot gevolg dat de kleine en de grote bloedsomloop nu van elkaar gescheiden zijn. Bij een baby zijn de aorta en de longader van plek gewisseld. Waardoor kan deze baby niet blijven leven zonder operatie? [1p] (I)

Johan snijdt in zijn vinger. Het bloed drupt eruit en hij plakt er een pleister op. Waarom drupt het bloed uit de vinger en spuit het er niet uit? [2p] (T)

1. In je vinger zitten haarvaten, daar staat niet zo veel druk.
2. In je vinger zitten aders, daar staat niet zo veel druk.
3. In je vinger zitten lymfevaten, daar staat niet zo veel druk.
4. In je vinger zitten slagaders, daar staat veel druk.

Bekijk de afbeelding. Eén van de bloedvaten vervoert het bloed van de nieren naar het hart.

a) Hoe heet dit bloedvat? [1p]

b)Welk nummer geeft het bloedvat van vraag 

(a) aan? [1p] (T)

Hannah is 36 jaar en heeft een bloeddruk van 80/50 millimeter kwikdruk. Dat is te laag. Daarom schrijft de huisarts medicijnen voor die invloed hebben op de diameter van de bloedvaten. Leg uit wat het effect van de medicijnen is op de vorm van de bloedvaten zodat de bloeddruk hoger wordt. [2p] (T)

Mensen met een wespenallergie kunnen soms, nadat ze gestoken worden, een zwelling in bloedvaten in de tong krijgen. Fritsje is gestoken in zijn arm door een wesp en inderdaad, na 5 minuten begint zijn tong op te zwellen. Noem alle bloedvaten waarlangs het wespengif zal gaan voordat het uiteindelijk op de eindbestemming terecht komt. 

VWO vraag

a) In welk onderdeel van een cel vindt de verbranding van glucose plaats? (R) b) Leg uit waarom er veel van deze organellen in hartcellen zitten. [2p] (T)

VWO vraag

Bij een “zieke sinusknoop” worden impulsen niet goed doorgegeven aan de hartspier. Wat is het gevolg voor het samentrekken van de kamers wanneer impulsen te traag worden doorgegeven? [2p] (I)

VWO vraag

Waarom is de bloedverdeling van Jasmijn tijdens de gymles anders dan op de andere delen van de dag? [2p] (I)