H3 Woordenschat

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 3

Gemaakt huiswerk op tafel bij het lezen. 

Doelen

1. Ik oefen met tekstverbanden en signaalwoorden. 

2. Ik weet het verschil tussen figuurlijk en letterlijk taalgebruik. 

3. Ik oefen met uitdrukkingen en hun betekenis. 

Leesdossier

Nakijken huiswerk

H3 Lezen opdracht 1

Figuulijk - letterlijk 

Figuurlijk taalgebruik: iets anders bedoelen dan wat je letterlijk zegt. 

Vaak uitdrukkingen. 

Kijken & Luisteren

Schrijf tijdens het filmpje 5 voorbeelden van figuurlijk taalgebruik. 

Zet ernaast wat je denkt dat er bedoelt wordt. 

0

Spraakverwarring

Groep van 5 personen

2 teams tegen elkaar (2-2)

1 lezer+puntenteller

1 kaart voorlezen per team.

Max. 4 punten per kaart. 

Zoveel mogelijk goede antwoorden voor het team! 

Categorieën

1. Verspreekwoord (verbeter het spreekwoord)

2. Maak af.....

3. Multiple choice

4. Twee woorden (met de woorden het juiste spreekwoord vinden). 

Huiswerk 6 december

H3 Woordenschat opdracht 1, 3, 5