NED_2.1 Informatieve teksten schrijven (2F) ROC Flevoland

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Programma

1. eerst even kennismaken
   
2. instructie schrijven informatieve teksten
   
3. zelfstandig aan de slag met de opdrachten
   
4. gezamenlijke afsluiting
   

Nodig: 

• je boek
  
• je laptop
  

Schrijven 2F

2.1 Informatieve teksten

Doel: aan het eind van de les kun je een informatieve tekst schrijven

• je weet wat de kenmerken zijn van een informatieve tekst
  
• je kunt een goede titel bedenken voor informatieve tekst
  
• je weet welke informatie in welk onderdeel van een informatieve tekst hoort
  
• je kunt verbanden duidelijk maken tussen zinnen en alinea's met gebruik van signaalwoorden.
  
• je kunt a.d.h.v een schrijfplan een informatieve tekst schrijven
  

Je hebt bij lezen al kennisgemaakt met informatieve teksten wat weet je daar nog over te vertellen?

Informatieve teksten

We lezen eerst de uitleg op bladzijde 162

Markeer of onderstreep belangrijke onderdelen.

Informatieve teksten

Wat is een informatieve tekst:

• uitleggen, beschrijven of verduidelijken
• vooral feiten
• objectief en zonder eigen mening

Informatieve teksten

Hoe schrijf je een informatieve tekst:

• gebruik een schrijfplan bij langere teksten
• vaste tekststructuren 

Een informatieve tekst is altijd subjectief.

1. Waar
2. Niet waar

Een voorbeeld van een informatieve tekst is:

1. Een reclame
2. Een sprookjesverhaal
3. Een recensie van een film
4. Een nieuwsbericht

In een informatieve tekst beschrijf je jouw mening.

1. Waar
2. Niet waar

Informatieve teksten

Een vaste structuur:

• Inleiding - aanleiding/introductie
• Middenstuk - deelonderwerpen
• Slot - conclusie/samenvatting

In de inleiding introduceer je het onderwerp en probeer je lezers te interesseren, dit doe je ....

1. ...door te vertellen wat de aanleiding is waarom je schrijft.
2. ...door een anekdote te vertellen
3. ...door vragen te stellen die je gaat beantwoorden.
4. ...door een voorbeeld te geven van het antwoord.

Opsomming

Tijd

Oorzaak-gevolg

Tegenstelling

maar

aan de andere kant

doordat

ook

verder

tenslotte

toen

daardoor

Schrijfplan*

• Voordat je begint met schrijven maak je een schrijfplan
• Hiervoor gebruik je de 5W + H vragen
• Wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe
• en bedenk je een logische volgorde om jouw informatie in de tekst te verwerken

*Lees voor meer informatie nog even de uitleg bij Basiscursus Schrijven blz. 148

 1.1 Voorbereiden

Bekijk de affiche:

Op welke 5W+H vragen
geeft dit affiche geen antwoord?

1. Wie
2. Wat
3. Wanneer
4. Hoe

Aan de slag (wwhhtuk)

Wat: Maak in Nu Nederlands paragraaf 2.1 : Informatieve teksten

• Opdracht 1 Klik hier
  blz 163
  
• Opdracht 2 Dat klinkt goed
  blz 163+164
  
• Opdracht 3 De geschiedenis van de spijkerbroek
  165 (niet af? =huiswerk voor vrijdag)
  

Waarom: theorie toepassen

Hoe: In je boek of online, alleen

Hulp: de uitleg/klasgenoot/ mw. Sanichar

Tijd: 20-30 min

Uitkomst: tenminste opdracht 1 en 2 af en een beginnetje opdracht 3

Klaar: heb je alles af binnen de tijd (1,2, en 3) vraag feedback mw. Sanichar - ga iets voor jezelf doen

Welk cijfer zou je jezelf geven voor aandacht tijdens deze les?

010

Ik vond deze les leerzaam.
(0 = helemaal niet, 100 = heel erg)

0100

Je weet wat de kenmerken zijn van een informatieve tekst
Je kunt een goede titel bedenken voor informatieve tekst
Je weet welke informatie in welk onderdeel van een informatieve tekst hoort
Je kunt verbanden duidelijk maken tussen zinnen en alinea's met gebruik van signaalwoorden.
Je kunt a.d.h.v een schrijfplan een informatieve tekst schrijven

Heb je de lesdoelen gehaald?

Helemaal

Oneens

Gedeeltelijk

Eens

Helemaal niet