4.6 Enzymwerking

• Natuurwetenschappen
• Secundair onderwijs

4.6 Enzymwerking

Voorkennis

Waaruit bestaan lipiden?

1. Glucose-, galactose- of fructosemoleculen
2. Aminozuren
3. Glycerol + vetzuren

Waaruit bestaan eiwitten?

1. Glucose-, galactose- of fructosemoleculen
2. Aminozuren
3. Glycerol + vetzuren

Waaruit bestaan sacchariden?

1. Glucose-, galactose- of fructosemoleculen
2. Aminozuren
3. Glycerol + vetzuren

Wat staat hier afgebeeld?

1. Aminozuur
2. Dipeptide
3. Tripeptide
4. Oligopeptide

Uit hoeveel aminozuren bestaat een proteïne?

1. 1
2. 3
3. >10
4. >100

Zodadelijk krijgen jullie een instructiefilmpje te zien. Het filmpje zal automatisch beginnen spelen als je naar de volgende slide gaat.

 

Spoel het filmpje niet zelf verder en bekijk het volledig! In het filmpje staan namelijk vragen verwerkt over wat er gezegd wordt. 

Vul al deze vragen in en vul je werkboek mee aan als dit gevraagd wordt.

Succes!

01:13

Wat is de functie van een enzym?

02:53

Wat gaat een enzym doen met de activeringsenergie die nodig is om een chemische reactie te laten verdergaan?

1. De benodigde energie verlagen
2. De benodigde energie verhogen

05:10

Wat bedoelt men met het actief centrum van het enzym?

05:38

Wat wordt er bedoeld met substraatspecificiteit?

1. Een enzym kan maar met slechts één bepaald substraat binden
2. Een enzym kan met verschillende substraten binden
3. Een enzym kan nooit binden met een substraat

07:06

Wat gaat het enzym amylase doen?

1. Het breekt zetmeel af tot maltose
2. Het breekt lipiden af tot glycerol en vetzuren
3. Het breekt proteïnen af tot aminozuren
4. Het breekt maltose af tot glucose

10:19

Als je een stuk vlees eet, hoeveel enzymen heeft je lichaam nodig om de proteïnen in het vlees volledig af te breken naar aminozuren?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

11:38

Het enzym amylase gaat zetmeel afbreken. Welk molecule ontstaat dan?

11:59

Het enzym lipase gaat een lipide afbreken. Welke twee moleculen ontstaan daarbij?

13:54

Ga door naar de volgende slide om het volgende deel van de video te bekijken.

Vul je werkboek mee aan en bekijk het filmpje verder op de volgende slide.

18:05

Over welk van de 4 factoren die de enzymwerking beïnvloeden werd hier gesproken?

1. Substraatconcentratie
2. Temperatuur
3. Zuurtegraad
4. Enzymconcentratie

20:16

Wat is de optimale temperatuur waarbij enzym Z het best werkt?

20:33

Welke pH is het zuurst?

1. pH = 1
2. pH = 10
3. pH =7

24:33

Welke 4 factoren beïnvloeden de enzymwerking?

11:38

Geef het enzym dat lactose gaat afbreken tot glucose en galactose.

!Belangrijk!

Zie NW => documenten => Examen juni 

Hier kunnen jullie al de examenvragen terugvinden die jullie tijdens het mondeling deel van het examen van NW gaan krijgen.

Jullie kunnen deze voorbereiden en uploaden in de uploadmap. Ik verbeter dan je antwoorden, zodat je zeker bent dat je antwoorden juist zijn.

Heb je alle leerstof begrepen?