Lundi le 7 octobre (B1e-s41)

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Coucou, comment tu t'appelles?

Le menu du jour

- On parle français! 

- Huiswerk bespreken

- Herhalen ww être

- Grammaire I extra 

- Ecrire

On parle français!

Stel je buurman/buurvrouw voor!

- Vertel of het een jongen of een meisje is

- Vertel hoe zij/hij heet

- Vertel welke nationaliteit hij/zij heeft

- Vertel waar zij/hij woont

- Vertel dat jullie in dezelfde klas zitten

Huiswerk af?

> Grammaire: ex.16e blz.28

> Ecrire: ex.24, 26, 28 blz. 33-35

Exercice 16E

1 elle

2 il

3 il

4 elle

5 ils

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles

Combineer de juiste vorm van 'être' met het onderwerp

être (zijn)

Combineer de juiste vorm van être met het goede persoonlijk voornaamwoord

suis

es

est

sommes

êtes

sont

Vul de juiste vorm van être in:
Ils ________ (être)

1. suis
2. es
3. êtes
4. sont

Vul de juiste vorm van être in:
Nous ________ (être)

1. suis
2. est
3. êtes
4. sommes

Vul de juiste vorm van être in:
C'________ (être)

1. es
2. est
3. êtes
4. sommes

Vertaal: u bent

Vertaal: men is

Vertaal: jij bent

Maakwerk

• Grammaire I extra maken: ex. 8e t/m 8g blz.43
• Ecrire: maken ex 23. p.32 (door je docent laten nakijken)

Leerwerk

• zie document op de CR (woordjes leren). Kies een manier uit en oefenent met de mots (woordjes) en phrases (zinnen) van app 7 en app 8.

Les devoirs (het huiswerk)

Leren / Herhalen

> apprendre 7 (FN-NF) blz 38 

> apprendre 8 (FN-NF) blz 39

(af)Maken:

> > Grammaire I extra maken: ex. 8e t/m 8g blz.43