BSR 1aha Spelling §11 wwvormen en wwtijden

Open je boek op blz. 260-261.
Log alvast in op LessonUp
(de code staat  linksonder in beeld).

§11 Werkwoordsvormen en werkwoordstijden
Voordat we beginnen:
1AHA
SPELLING
timer
2:00
CURSUS 7:
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Open je boek op blz. 260-261.
Log alvast in op LessonUp
(de code staat  linksonder in beeld).

§11 Werkwoordsvormen en werkwoordstijden
Voordat we beginnen:
1AHA
SPELLING
timer
2:00
CURSUS 7:

Slide 1 - Diapositive

  • Je kunt werkwoordsvormen herkennen, zodat je weet welke regel je moet toepassen.
  • Je kunt werkwoordstijden herkennen en gebruiken.
Lesdoelen

Slide 2 - Diapositive

In deze les:
  • Cursus 7: Spelling afronden
  • Voltooid en onvoltooid deelwoord -> herhaling
  • Uitleg werkwoordsvormen en werkwoordstijden.
  • Oefenvragen in LessonUp.
  • Tijd voor opdrachten.
  • Gezamenlijk afronden.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Er volgen nu wat herhalingsvragen

Slide 6 - Diapositive

Welke regels kun je toepassen bij het spellen van het voltooid deelwoord?
A
langer maken (verlengproef)
B
De zin in een andere tijd zetten
C
De zin van tijd veranderen
D
't ex kofschip

Slide 7 - Quiz

Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden eindigt vaak op …


A
-d
B
-en
C
-t

Slide 8 - Quiz

Welke regel pas je toe als een voltooid deelwoord bijvoeglijk is gebruikt?
Bijvoorbeeld: de gewonnen wedstrijd, de gezette koffie.

Slide 9 - Question ouverte

Het ... (landen) vliegtuig.


A
landen
B
gelande
C
gelandde

Slide 10 - Quiz

De ... (redden) hond.


A
redden
B
gerede
C
geredde

Slide 11 - Quiz

Weglatingsstreepje
blz. 254-255.
§11 Werkwoordsvormen
en werkwoordstijden
Hoe je een werkwoord spelt, hangt af van de werkwoordsvorm en de werkwoordstijd. Je hebt in deze cursus vijf werkwoordsvormen geleerd. Op de volgende slide vind je een overzicht.

Slide 12 - Diapositive

Werkwoordsvormen
Je hebt geleerd dat werkwoorden verschillende vormen kunnen hebben. Hier staan ze nog eens op een rijtje:
  • infinitief (het hele werkwoord, de wij-vorm): werken, lopen.
  • persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt): werk, loop.
  • persoonsvorm verleden tijd (pvvt): werkte, liep.
  • voltooid deelwoord (vd): gewerkt, gelopen.
  • onvoltooid deelwoord (ovd): werkend, lopend. 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Welke werkwoordsvorm?

De luiaard *beweegt* zich nauwelijks.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
onvoltooid deelwoord
D
infinitief (wij-vorm)

Slide 15 - Quiz

Welke werkwoordsvorm?

Een luiaard heeft veel zijn moeder *geleerd*.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
onvoltooid deelwoord
D
infinitief (wij-vorm)

Slide 16 - Quiz

Welke werkwoordsvorm?

Het *hangen* kost de luiaard geen enkele moeite of kracht.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
onvoltooid deelwoord
D
infinitief (wij-vorm)

Slide 17 - Quiz

Welke werkwoordsvorm?

Een luiaard kan zelfs *hangend* slapen.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
onvoltooid deelwoord
D
infinitief (wij-vorm)

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Vidéo

Werkwoordstijden
Er zijn verschillende werkwoordstijden

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
    Eva kijkt naar het journaal. Sam arriveert op tijd.
  • Onvoltooid verleden tijd (ovt):
    Eva keek naar het journaal. Sam arriveerde op tijd.
  • Voltooid tegenwoordige tijd (vtt):
    Eva heeft naar het journaal gekeken. Sam is op tijd gearriveerd.
  • Voltooid verleden tijd (vvt):
    Eva had naar het journaal gekeken. Sam was op tijd gearriveerd.

Slide 20 - Diapositive

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
Onvoltooid verleden tijd (ovt)
Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
Voltooid verleden tijd (vvt)
Nora werkt aan een nieuw boek.
Nora had aan een nieuw boek gewerkt.
Nora heeft aan een nieuw boek gewerkt.
Nora werkte aan een nieuw boek.

Slide 21 - Question de remorquage

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
Onvoltooid verleden tijd (ovt)
Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
Voltooid verleden tijd (vvt)
Vanmorgen [hebben] Senna en Nora nog folders verspreid in deze wijk.
Twee formule 1-wagens [waren] tijdens de race in de boarding beland.
De verbouwing van het gemeentehuis [kost] de gemeente flink wat geld.
Die herrieschoppers [verpestten] het feestje.

Slide 22 - Question de remorquage

Uitlegfilmpje!

Slide 23 - Diapositive

Aan het werk
Optie A
= huiswerk
Optie B
als optie A klaar is
Optie C
als optie A klaar is
Cursus 7: Spelling §11 
Werkwoordvormen en werkwoordtijden
(blz. 260-261).

Havo: Opdracht 1, 2, 3 en 6.

Vwo: Opdracht 1 t/m 4.




Oefen verder in de online trainer via Magister -> leermiddelen -> Nederlands -> Cursus 7 Spelling ->  §7, 8, 9, 10 of 11.

Of maak het werkblad.




Maak een samenvatting van spelling §7 t/m 11. Gebruik voorbeelden uit het boek of verzin zelf voorbeelden.

timer
6:00

Slide 24 - Diapositive

  • Je kunt voltooid deelwoorden spellen, ook als ze bijvoeglijk zijn gebruikt.
  • Je kunt voltooid deelwoorden spellen, ook als ze hetzelfde klinken
    als de pv tt enkelvoud.

Lesdoelen

Slide 25 - Diapositive

'Ik kan voltooid deelwoorden correct spellen.'
0 = echt (nog) niet / 10 = absoluut wel
010

Slide 26 - Sondage

'Ik kan de verschillende werkwoordsvormen herkennen.'
0 = echt (nog) niet / 10 = absoluut wel
010

Slide 27 - Sondage

'Ik kan de verschillende werkwoordstijden herkennen.'
0 = echt (nog) niet / 10 = absoluut wel
010

Slide 28 - Sondage

Welke werkwoordsvorm?

*Juichend* vierde de spits het winnende doelpunt.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
onvoltooid deelwoord
D
infinitief (wij-vorm)

Slide 29 - Quiz

Welke werkwoordsvorm?

De boer *bemestte* gisteren het weiland.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
onvoltooid deelwoord
D
infinitief (wij-vorm)

Slide 30 - Quiz

Welke werkwoordsvorm?

Ik heb dit weekend koekjes *gebakken*.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
onvoltooid deelwoord
D
infinitief (wij-vorm)

Slide 31 - Quiz

Welke vraag heb jij over werkwoordspelling?

Slide 32 - Question ouverte